First Alert SA700LLCE Bedienungsanleitung


Lesen Sie kostenlos die 📖 deutsche Bedienungsanleitung für First Alert SA700LLCE (2 Seiten) in der Kategorie Rauchmelder. Dieser Bedienungsanleitung war für 14 Personen hilfreich und wurde von 2 Benutzern mit durchschnittlich 4.5 Sternen bewertet

Seite 1/2
SERIE SA410 & SA700
Foto-elektrische / Optische sensor, zeer gevoelig voor het detecteren van smeulbranden in
woonruimtes, slaapkamers en gangen, terwijl ongewenst alarm wordt voorkomen.
1. UITMUNTENDE EIGENSCHAPPEN.
• Werkt op batterijen, 2 alkaline batterijen type LR03 (met uitzondering van modellen LL en LLi
die met permanente verzegelde lithium batterijen uitgerust zijn).
• Indicatielampje (LED).
Knippert elke 45 seconden om aan te geven dat het apparaat aan staat.
• Waarschuwing bijna lege batterij.
Het apparaat geeft gedurende minimaal 30 dagen elke 45 seconden een signaal dat aangeeft dat de
batterijen vervangen dienen te worden. Waarschuwing : modellen LL en LLi hebben een ingebouwde
batterij die 10 jaar lang mee gaat. Daardoor moet u de complete melder vervangen na de levensduur.
• Uitschakelen waarschuwingssignaal bijna lege batterij.
Deze waarschuwingen doen zich vaak ’s nachts voor. Om niet op stel en sprong de batterijen te hoeven
vervangen, kunt u het waarschuwingsignaal, door op het testknopje te drukken, 10 uur uitzetten.
Vervang de batterijen de volgende dag. (niet van toepassing op LL en LLi modellen).
AlarmPauzeknop. Schakel het alarm uit door even op de testknop te drukken. Ideaal bij
ongewenst alarm, veroorzaakt door ongevaarlijke rook (b.v. stoom). Het rode knipperende
lampje herinnert u er aan dat de rookmelder in pauzestand staat. De rookmelder zal
automatisch na 10 minuten weer volledig in werking zijn. De pauzeknop is standaard aanwezig
op alle LL en LLi modellen.
• Testknop
Test de gevoeligheid, het circuit, de batterijen, het signaal.
• Een 85 decibel piëzo-elektrisch goed hoorbaar alarm.
Dit alarm zal zich re-setten zodra de gevaarlijke situatie opgeheven is.
• Eenvoudig te installeren.
Bevestigingsmateriaal bijgesloten.
2. VOOR MODELLEN MET SPECIALE KENMERKEN.
‘i’ Gekoppelde melders. Maximaal 12 melders kunnen gekoppeld worden, zodat bij het afgaan
van één melder, alle andere correct aan elkaar gekoppelde melders die deze functie
ondersteunen, zullen afgaan.
‘LL Ingebouwde batterij met lange levensduur van 10 jaar. Apparaten met in het modelnummer
de letters ‘LL’, zijn uitgerust met permanent ingebouwde batterijen met lange
levensduur, waardoor misbruik voorkomen wordt. U hoeft dus niet in de 10 jaren van
levensduur van uw melder de batterijen vervangen.
4. AANBEVOLEN LOCATIES VOOR ROOKMELDERS.
Rookmelders zijn verplicht in meerdere landen. Gelieve de wettelijke wetgeving te controleren om
te weten wat in uw reeks verplicht is. U kunt ook een overzicht daarvan terugvinden op onze
website www.brkdicon.eu of www.firstalert.eu.
1. Als minimum eis dienen rookmelders tussen slaapvertrekken en mogelijke brandhaarden, zoals
huiskamers en keukens, gemonteerd te worden. In gelijkvloerse woningen met één slaapvertrek
dient een rookmelder zo dicht mogelijk bij de woonkamer in de gang geplaatst te worden.
Om er zeker van te zijn dat het geluid van het alarm duidelijk in de slaapkamers te horen is, dient
de rookmelder maximaal 3 meter verwijderd van een slaapkamerdeur geplaatst te worden. Het is
dus mogelijk dat er meer dan één rookmelder gnstalleerd dient te worden, speciaal als de gang
langer is dan 15 meter. In een éénverdiepingswoning met twee slaapvertrekken is een minimum
van twee rookmelders aan te bevelen, te weten: één aan de buitenkant van elke slaapkamer. In
woningen met meerdere (tussen)verdiepingen, dient minimaal één rookmelder op de begane
grond, tussen het trappenhuis en de ruimtes waar brand kan uitbreken, te worden geplaatst, en
één op elke verdieping in het looppad dat onderdeel is van de vluchtroute (normaal gesproken de
gang en de overloop). Op vluchtroutes mogen geen hittemelders in plaats van LET WEL:
rookmelders gebruikt worden. Hittemelders mogen slechts voor de hieronder vermelde
toepassingen worden gebruikt en dan nog in aanvulling op rookmelders.
2. Extra melders dienen geïnstalleerd te worden in slaapkamers teneinde branduitbraak, veroorzaakt
door slechte bedrading, lampen, elektrische apparaten en rokers te signaleren.
3. Voor optimale bescherming dienen rookmelders in elke kamer van uw woning geplaatst te
worden, met uitzondering van de plekken genoemd in hoofdstuk 5: “WAAR KUNT U
ROOKMELDERS BETER NIET OPHANGEN”. Hittemelders dienen te worden geplaatst in
keukens, bij CV installaties, bijkeukens, garages en andere ruimten die niet geschikt zijn voor
rookmelders.
4. Plaats rookmelders in loopruimten niet verder dan 7,5 meter van de verst verwijderde muur af,
niet verder dan 7,5 meter van een deur naar een vertrek waar brand zou kunnen ontstaan en niet
verder verwijderd dan 7,5 meter van de volgende rookmelder. In kamers die beveiligd zijn met
hittemelders dient de rookmelder maximaal 5,3 meter van de dichtstbijzijnde hittemelder
geïnstalleerd te worden.
5. Hittemelders in een kamer dienen niet verder dan 5,3 meter verwijderd te zijn van de verst
gelegen muur en niet verder dan 5,3 meter van een deur naar een kamer waar brand kan
uitbreken, en niet verder dan 5,3 meter van de volgende hittemelder.
6. Aangezien het onmogelijk is om te voorspellen hoe en waar een brand zal ontstaan, is de beste
plaats voor een melder gewoonlijk in het midden van een kamer of gang. Mocht het nodig zijn om
de rookmelder tegen een muur te monteren, dient eerst te worden gecontroleerd dat het
sensorelement van het apparaat 15 cm tot 30 cm onder het plafond zit en dat de onderkant van
de melder zich boven deurhoogte en andere openingen bevindt.
PAS OP: Hittemelders niet aan de muur bevestigen!
7. In een kamer met schuine of toelopende plafonds of puntgevels dienen de rookmelders 90 cm
vanaf het hoogst gemeten punt van het plafond te worden gemonteerd. “Stilstaande lucht” in de
nok van het plafond zou kunnen voorkomen dat rook de sensor op tijd bereikt
8. Gesloten deuren en andere obstakels kunnen voorkomen dat rook of hitte de sensor bereikt. Ook
is het mogelijk dat bewoners aan de ene kant van een gesloten deur het alarm aan de ander kant
van de deur niet kunnen horen. Installeer voldoende melders om dit te voorkomen.
9. Raadpleeg hoofdstuk 5: "WAAR KUNT U ROOKMELDERS BETER NIET OPHANGEN" en
"BEPERKINGEN VAN ROOK- EN HITTEMELDERS" in deze handleiding.
PAS OP: Uit onderzoek is gebleken dat elke extra correct geïnstalleerde melder de waarschuwings-
tijd beduidend verlengd. Om maximale bescherming te garanderen is het sterk aan te bevelen dat
het advies onder punt 3 hierboven wordt opgevolgd.
5. WAAR KUNT U ROOKMELDERS BETER NIET OPHANGEN.
Plaatsen waar rookmelders niet geplaatst dienen te worden:
1. In de luchtstroom van ventilatoren, kachels, deuren en ramen.
2. In vochtige ruimtes, zoals badkamers en douchecabines of daar waar de temperatuur hoger is
dan 39°C en lager dan 5°C.
3. In de nok van een A-frame plafond. Daar is sprake van “stilstaande“ lucht, hetgeen zal
verhinderen dat de rook de sensor op tijd bereikt en er geen tijdige waarschuwing kan worden
afgegeven.
4. Minder dan 30 cm van de muur indien de melder aan het plafond gemonteerd wordt.
5. In ruimtes met insecten. Kleine insecten kunnen de goede werking nadelig beïnvloeden.
6. In keukens, garages, wasruimten, bij CV-installaties en bijkeukens. Roetdeeltjes veroorzaakt door,
bijvoorbeeld, koken, uitlaatgassen, stofdeeltjes en vuil kunnen ongewenst alarm veroorzaken.
7. In vuile en stoffige plekken. Vuil en stof kunnen ophopen en de goede werking aantasten.
8. Binnen 50 cm afstand van lamparmaturen en hoeken van kamers.
9. Op plaatsen waar het testen en onderhoud van de melder gevaarlijk zouden kunnen zijn
(b.v. in het trapgat).
10. Op slecht geïsoleerde muren en plafonds.
11. Dicht bij plafonddecoraties die kunnen verhinderen dat rook de sensor bereikt.
12. Binnen 1,5 m van TL-armaturen.
6. TOURCARAVANS
1. Bij voorkeur de rookmelder horizontaal monteren op het plafond van het woongedeelte.
2. Zo dicht mogelijk bij het slaapgedeelte.
3. Voor zover mogelijk, buiten het gezichtsveld van het keukengedeelte.
4. NIET MONTEREN in de keuken of badkamer. Stoom en condensatie kunnen vals alarm
veroorzaken.
5. in de buurt van afzuigventilatoren of airconditioning die kunnen veroorzaken NIET MONTEREN
dat eventuele rook de sensor niet bereikt.
NB. In oude, slecht-geïsoleerde caravans schermen warme of koude luchtlagen de niet-geïsoleerde
wanden van eventuele rook af, waardoor deze de rookmelder slecht kan bereiken. Monteer dus een
rookmelder in het geval van slecht-geïsoleerde caravans op een binnenwand, 15 cm van het plafond.
WAARSCHUWING: Test de rookmelder in een tourcaravan en die voor langere tijd niet is
gebruikt vóór elke reis op de goede werking, en daarna 1 x per week tijdens gebruik.
Campers
1. Bij voorkeur de rookmelder horizontaal monteren op het plafond van het woongedeelte. Niet in
de nabijheid van de keuken.
2. Een extra rookmelder kan in één of meerdere slaapkamers geplaatst worden.
3. Niet monteren in keuken of badkamer. Stoom en condensatie kunnen vals alarm veroorzaken.
4. Niet monteren in de buurt van afzuigventilator of airconditioning om te voorkomen dat eventuele
rook de sensor niet kan bereiken.
Stacaravans:
1. Als slechts één enkele melder wordt geïnstalleerd, dient deze horizontaal op het plafond van de
zitkamer of gang, uit de buurt van keuken of badkamer, te worden geplaatst.
2. Extra rookmelders kunnen in de slaapkamers worden aangebracht.
3. NIET MONTEREN in de buurt van airconditioners of ventilatoren.
Rookmelders voor beperkte bescherming
Extra rookmelders voor een betere dekking
Hittemelders
Eén verdieping
met één slaapgedeelte
Eén verdieping met
twee slaapgedeelten
Woning met twee
woonlagen
Op batterijen werkende
foto-elektrische/optische rookmelder.
Gebruiksaanwijzing
BEWAAR DEZE HANDLEIDING OP EEN VEILIGE PLAATS!
Als u deze melder installeert voor gebruik door anderen, laat deze
handleiding of een kopie ervan dan achter bij de gebruiker.
BRK Brands Europe Ltd
7. INSTALLATIE.
WAARSCHUWING: VERF DE ROOKMELDER NIET
WAARSCHUWING: PLAK DE ROOKMELDER NIET AF
WAARSCHUWING : DE ROOKMELDER BUITEN BEREIK VAN KINDEREN HOUDEN.
1. Demonteer het montageplaatje. Hiertoe dient u de melder rechtsom te draaien, terwijl u de
montageplaat vasthoudt.
WAARSCHUWING: SCHROEF DE MONTAGEPLAAT NIET OP DE ONDERGROND VAST
TERWIJL DE ROOKMELDER BEVESTIGD IS - STOF VAN HET MONTAGEPROCES KAN
DE GOEDE WERKING VAN DE UITERST GEVOELIGE SENSOR VERSTOREN.
Ttijdens (ver)bouwwerkzaamheden, de rookmelder te beschermen tegen stof. Let op: bij afscherming
verliest de rookmelder zijn functionaliteit.'
2. Zoek een geschikte plaats voor de montageplaat (zie hoofdstuk 4 “Aanbevolen locaties voor
rookmelders”) en teken de boorgaatjes af. Boor de gaatjes met een 4,75 mm boortje. Gebruik de
plugjes en schroef het montageplaatje op de gekozen positie vast.
11. EENVOUDIG ONDERHOUD.
Stofzuig de melder elke maand om ervoor te zorgen dat deze efficiënt blijft werken. Raak daarbij
het apparaat niet met het stofzuigmondje aan maar gebruik het zachte borstel mondstuk.
12. STORINGEN.
Storingen worden op 3 manieren aangegeven.
1. Het alarm piept om de 45 seconden (betekent storing).
2. Het alarm gaat niet af tijdens het testen met het testknopje.
3. Het lampje blijft aan of uit (knippert niet om de 45 sec. als de melder in rust is).
GA ALS VOLGT TE WERK.
1. Zoek naar een duidelijke beschadiging.
2. Controleer of de aanbevolen batterijen gebruikt zijn. (geldt niet voor modellen LL en LLi)
3. Controleer of de batterijen goed geplaatst zijn. (geldt niet voor modellen LL en LLi)
4. Stofzuig de melder (zie boven).
5. Vervang de batterijen. (geldt niet voor modellen LL en LLi)
Als deze handelingen het probleem niet verhelpen, probeer dan niet zelf het apparaat te repareren.
Als de rookmelder nog binnen de garantieperiode valt, breng deze terug naar uw winkelier met bewijs
van aankoop en vermelding van het probleem. Raadpleeg de achterzijde van deze handleiding voor
het adres van uw leverancier.
ONGEWENST ALARM.
Abnormale luchtcondities kunnen deze zeer gevoelige rookmelder activeren en dus een ongewenst
alarm veroorzaken.
VERWIJDER DE BATTERIJEN NIET. Als er geen brand blijkt te zijn, laat de kamer dan goed
luchten of zet de AlarmPauze in werking door op de testknop te drukken.
WAARSCHUWING: MOCHT ER ENIGE TWIJFEL BESTAAN VER DE OORZAAK VAN HET O
ALARM, NEEM DAN TE ALLEN TIJDE AAN DAT DE REDEN VAN HET ALARM EEN BRAND IS
EN STEL UW NOODPLAN IN WERKING.
Neem niet zondermeer aan dat het een vals alarm betreft door met de testknop de alarmpauze
te activeren. Stof kan de werking van de sensor ongunstig beïnvloeden. Stofzuig de melder daarom
regelmatig. Verf de melder niet. Vermijd contact met drijfgas van spuitbussen en schoonmaakmidde
len. Andere factoren zoals nicotine en vuil veroorzaakt door insecten, kunnen tevens de goede
werking verstoren.
13. BEPERKINGEN VAN ROOK- EN HITTEMELDERS.
Rook e hn ittemelder ls van goede kwaiteit zijn ontwor enp om voor een zo re del jki mogelijke prijs p r goed o ook
en h tte tei re gea ren. Een tijdige wa arschuw ng kai n het ve schr il betekenen tu n l sse even en ood d! M elders
hebben echter wel hun beperki gen n.
Melders werke n niet onz der energ iebron. rs Melde die op b atte jenri werken zul n i ale n het gev l van slechte,
leeggelopen of niet goed gepl atstea batterijen n iet functioneren. dMel ers die op het lichtnet z ij nn aa ges otenl
zullen ietn fun ictonere an ls e stroomtoevoed r doo kortslr uiti ng, een doo gebrr ande zekering ofom een andere
rede on nder rokenb is. Als zu ich om een va n bovengenoemde re dene zo gen man r akt over de etrouwb b aar
-
heid va n b ttea rijen of stroomtoevoer, d zan ou u, naast een op batterijen r we ke de meln der, ook de op het
lichtnet aa geslotenn va iar nt kunnen overwege , n dan we eenl me erld di e op het licht net s a ngesi a lote enn
voor iez n is va een n noo voedid ngs ronb . In het geva val n st oomor nde rek ng rb i zulle deze melders, n afhan ikeljk
van e condd itie v n a de oon dbatterij of de capaci n de ruiteit va geb kte con dens toa r, slechts een be erkte tijp d
functio eren n.
Melders ku nnen niet afg ana totdat de rook of h tte i de sensor be reikt heeft .
Alles w t voorkomt da at hitte of r ook de detecto r bere kt,i zoa jls bi, voorbeeld ee, n geslote deun r, zal de
alarmme dil ng vertragen of zelfs verhind n reren. Ee ookmelde kar n een brand r in mu en schoo steen, r of d nak iet
sign lea ren totdat ee n a nza ien ijke hoeveelheil d rook de se nsor bereikt .
De melder op d ne e e ver ied ping ka nn iet ee n and br op ee a ere verdn nd ieping signaleren. Da arom dient er een
rook e- n d hittemel er in elke kamer of tenmi op inste ede e ver ep g var di in n uw huis geï stn all deer te wor den.
Rook- en hittemelders kunnen geen bescherming bieden aan een roker in bed, aan kinderen die
met lucifers spelen of i an het gev l van exp losies die ontstaa n door ee n gasl .ek
Installatie van een rook- of hittemelder is slechts onderdeel van een compleet brandveiligheidssysteem.
First Al ert rook- en hittemelders wo den volgens r de hoogste kw alite tsi normen geproducee rd teneinde een
prob eemloze werkl ing en la ge n levensduu arar te g nde enr .
3. Gekoppelde rookmelders.
Gebruik bij gekoppelde melders twee-aderig speaker- of installatiesnoer om melders parallel te
verbinden, dus: de + pool van de ene sensor met de + pool van de andere sensor en de – pool
van de ene sensor met de – pool van de andere sensor.
Zie Afb. 1 voor de locatie van de aansluitschroefjes voor het koppelen van sensoren.
Verbind alle melders alvorens de batterijen te plaatsen. Test de onderlinge verbindingen door het
testknopje op de ene sensor in te drukken en te luisteren of alle andere melders ook inderdaad
afgaan. Herhaal deze test op alle aangesloten melders.
4. Het plaatsen of verwisselen van de batterijen (dit geldt niet voor modellen LL en LLi)
a. Draai het schroefje van het batterijcompartimentdekseltje aan de achterkant van de melder los en
verwijder dit (zie Afb. 2) Plaats 2 nieuwe LR03-batterijen (bij een nieuw apparaat zijn deze
bijgesloten) in het batterijcompartiment. Controleer aan de hand van het schema achterop het
apparaat, dat de batterijen correct zijn geplaatst. Wacht vervolgens 10 seconden alvorens het
alarm te testen. Zie hoofdstuk 10. “BATTERIJEN”.
WAARSCHUWING! GEBRUIK SLECHTS DURACELL MN 2400, GP24AU OF ENERGIZER
LR03 BATTERIJEN ANDERE BATTERIJEN ZIJN MOGELIJK NIET VOOR DEZE
TOEPASSING GESCHIKT.
b. Breng het batterijcompartimentdeksel weer aan.
5. Zorg ervoor dat het pijltje op de achterkant van de melder op één lijn zit met het pijltje binnen in
het montageplaatje, breng het alarm aan en draai tegen de klok in tot het alarm vastzit
(Zie Afb. 2). Bij de modellen LL en LLi zal het alarm door deze handeling in werking treden.
6. Test de melder zoals beschreven in hoofdstuk 8.
7. r.Raadpleeg Afb. 3 voor het verwijderen van de senso
TESTKNOP
(OPTIONEEL : PAUZEKNOP)
BEVESTIGINGSGAATJE
MONTAGEPLAAT
ALARM
INDICATIELAMPJE
BEVESTIGINGSGAATJE
MONTAGEPLAAT
KOPPELING
AANSLUITSCHROEFJES (''I' MODELLEN ALLEEN)
AANSLUITINGEN
VOOR KOPPELINGSDRAAD (''I' MODELLEN ALLEEN)
Afb. 1
9. ALARM WAARSCHUWINGSSIGNALEN.
1 SEC Aangesproken rookalarm – LED knippert.
45 SECS 1 pieptoon om de 45 seconden - batterij bijna leeg.
45 SECS 2 pieptonen om de 45 seconden – defect.
12 SECS 1 pieptoon om de 12 seconden - testknop zit vast.
Afb. 2
batterijcompartimentdeksel
LET OP: Bescherm uw rookmelder afdoende tegen
stof tijdens (ver) bouwwerkzaamheden dmv een
zakje of stofkap. Indien de melder afgeschermd is
verliest de melder zijn functionaliteit. Verwijder het
zakje of stofkapje pas als alle werkzaamheden zijn afgerond.
WAARSCHUWING: Verf nooit uw rookmelder en plak deze nooit
af tenzij u de melder wil beschermen tegen stof tijdens
(ver bouwwerkzaamheden.)
Plaats de punten van de
pijlen naar elkaar toe en druk
de melder in de montageplaat
Nadat de melder in de montageplaat
is geplaatst kan deze door het huis
linksom te draaien worden vastgeklikt Afb. 3
Modellen LL en LLi alleen:
Om de melder van het plafond te verwijderen dient
dit gedeelte van de voet van de melder met b.v. een
schroevendraaier omhoog te worden gedrukt
SERIE SA410 & SA700
2502-A0100-RevB
8. GEBRUIK EN ONDERHOUD VAN DE MELDER.
Het testen van de melder
1. Test de n je inse so doo hetr r testknop te ukken dr en l weer los te aten. Het ala m moet dar n 3 x afgaan.
2. ntr n a jd Co oleer a het n teste lti of het rode lampje om secon de 40 den ipp kn ert ( ie Afb.z .1)
3. Test de n se so 1 x err p week op de goede we ngrki .
LET OP: Test de melder altijd na een periode van afwezigheid. Opslag bij lage vochtigheid of bepaalde
transportomstandigheden kunnen statische elektriciteit op de behuizing van de melder veroorzaken.
Hoewel dit niet schadelijk is, zou hierdoor de tijdsduur van het afgaan van het alarm bij het plaatsten
van de batterijen of tijdens het testen, verlengd kunnen worden. Dit kunt u verhelpen door de
buitenkant van de behuizing voorzichtig met een vochtige doek af te nemen.
14. AFVAL. Het symbool met de doorgekruiste container wil zeggen dat het product aan het einde
van zijn levenscyclus moet worden aangeboden voor gescheiden afvalverzameling
(Europese Richtlijn).
Dit geldt voor het apparaat, maar ook voor de batterijen en alle andere accesoires die van
dit symbool zijn voorzien. Gooi dit product, de batterijen noch de accessoires niet bij het
gewone huisvuil. Uw gemeente kan u inlichten waar u inzamelingspunten kunt vinden.
(NL) Afgedankte apparaten kunnen ook worden aangeboden aan de reinigingsdienst
van de gemeente. De wijze waarop kan per gemeente verschillen.
15. GARANTIE. Beperkte garantie.
BRK Brands Europe Ltd., (“de onderneming”) garandeert gedurende een periode van 5 jaar (10 jaar op
modellen LL en LLi) vanaf de aankoopdatum dat deze rookmelder, bij normaal gebruik en onderhoud, vrij is
van materiaal- en constructiefouten.
BRK Brands Europe Ltd. geeft verder geen expliciete garanties voor de rookmelder. Agenten, vertegenwoordi-
gers, dealers of werknemers van de onderneming zijn nimmer bevoegd de verplichtingen of beperkingen van
deze garantie te wijzigen. De aansprakelijkheid van de onderneming t.a.v. deze garantie zal beperkt blijven tot
reparatie of vervanging gedurende een periode van 5 jaar (10 jaar op modellen LL en LLi) vanaf de
aankoopdatum van dat bepaalde onderdeel van de rookmelder dat materiaal- of constructiefouten blijkt te
vertonen welke niet veroorzaakt zijn door verkeerd gebruik van de melder.
Het bedrijf zal niet verplicht zijn om de rookmelder te repareren of te vervangen indien het apparaat is
beschadigd, oneigenlijk is gebruikt of is aangepast of gewijzigd na de aankoopdatum. Indien u recht op garantie
heeft, dient u de melder aan uw leverancier te retourneren.
Batterij: Met uitzondering van de modellen LL en LLi, BRK Brands Europe Ltd. geeft ten aanzien van de
batterijen geen enkele garantie, expliciet of impliciet, schriftelijk of mondeling, of ten aanzien van
verhandelbaarheid of geschiktheid voor enig specifiek doel.
Modellen SA410AP, SA410LL,
SA700APCE, SA700APCF,
SA700CE, SA700CF,
SA702CE, SA700LLE,
SA700LLCE, SA700LLCF
0086
0086-CPD-517190
EN14604
De certificatiedatum
is onderdeel van de
productiedatum zoals
vermeld op achterzijde
rookmelder
10. BATTERIJEN (geldt niet voor modellen LL en LLi).
Waarschuwing batterij bijna leeg.
Als de batterij aan vervanging toe is, zal het apparaat tot 30 dagen lang elke 45 seconden een
pieptoon geven. Vervang in dat geval de batterijen.
Uitschakelen van de waarschuwing voor bijna lege batterij. Deze waarschuwing doet zich vaak ’s nachts
voor. Om niet op stel en sprong de batterij te hoeven vervangen kunt u het bijna leeg batterij
waarschuwingssignaal, door op het testknopje te drukken, 10 uur uitzetten. Vervang de batterijen de
volgende dag. Het rode lampje knippert elke 45 sec. om u eraan te herinneren dat u de
waarschuwingstoon heeft uitgeschakeld.
Uw melder gebruikt 2 x LR03 Volt alkaline batterijen. Bij normaal gebruik gaat een batterij minimaal 2 à 5 jaar mee.
BELANGRIJK! Test elke keer als de batterijen vervangen worden, de melder met de testknop.
De pr uod cent eveeltb nocht nsa aan de me dersl niet lan r dan ge 10 jaar ute gebr ike om n de kans op d een efect
te verm ndereni .
Uw rook en- hittemel ers zd ijn geen verv anging voo r opstal- arb, eidsongeschikthe ds-i , leve sverzekern ing of
welke a dere verzekering dn an ook. Een o uwp behoeften toegespitste ve zekerr ings ekkid ng is w eu igen
vera twoordeln ijkheid. Raadpleeg daarvoor uw ver zekeri gsagen nt.
CARAVANS EN CAMPERS.
De National Caravan Council (UK) (NCC.) (UK)] eist dat alle nieuwe en/of gebruikte caravans die
verkocht worden door haar leden voorzien zijn van een goedgekeurde rookmelder.
De BRK-Dicon SA410 serie en de First Alert SA700 serie zijn door NCC voor dit doel goedgekeurd.
De Nederlandse Vereniging voor Brandweerzorg en Rampenbestrijding (NVBR) adviseert dat caravans,
tenten en campinghuisjes moeten verplicht worden voorzien van een rookmelder. Sinds 1 januari 2008
mogen gemeenten zelf bepalen hoe zij het beleid op kampeerterreinen vormgeven.
Voor meer informatie:
www.brkdicon.eu www.firstalert.euof
BRK Brands Europe Ltd. - Unit 6, Carter Court, Davy Way
Waterwells Business Park, Quedgeley - Gloucester, GL2 2DE
Verenigd Koninkrijk
3. WEES VOORBEREID.
Rook- en hittemelders die op de juiste wijze geïnstalleerd zijn, zijn essentieel voor een goede
brandbeveiliging van uw woning. Analyseer mogelijke brandhaarden en elimineer daar waar mogelijk
gevaarlijke omstandigheden. Als er brand uitbreekt kan een goed voorbereid en geoefend vluchtplan
van levensbelang zijn. Uw lokale brandweer kan u hierin adviseren.
• Denk eens na over de volgende veiligheidsmaatregelen en bespreek ze met uw huisgenoten.
• Zorg ervoor dat iedereen bekend is met het alarmsignaal.
• Controleer alvorens u een deur opent met de rug van uw hand of de deur warm aanvoelt; dit zou
er namelijk op kunnen duiden dat de brand aan de andere kant van de deur woedt. Deur gesloten
houden en een alternatieve vluchtroute gebruiken.
• Verlies geen tijd met het verzamelen van bezittingen! Waarschuw alle aanwezigen en verlaat
onmiddellijk het pand! Uw leven is meer waard!
GA NAAR BUITEN - BLIJF BUITEN - WAARSCHUW DE BRANDWEER. Bel nummer 112!
• Laat iedereen, nadat het pand is verlaten, op een afgesproken plaats samenkomen.
• Als u ingesloten bent, blijf dan zo laag mogelijk bij de grond, houd een doek voor uw mond en
adem - terwijl u naar veiligheid kruipt - zo kort en oppervlakkig mogelijk.
• Houd alle deuren en ramen gesloten, tenzij deze als vluchtroutes gebruikt worden.
• Bereid een degelijk vluchtplan voor en test dit uit; wacht niet totdat er brand uitbreekt!
Maak een plattegrond. Houd regelmatig brandoefeningen en oefen uw vluchtroute.
Modellen SA410LL,
SA700LLE en SA700LLCE
alleen


Produktspezifikationen

Marke: First Alert
Kategorie: Rauchmelder
Modell: SA700LLCE

Brauchst du Hilfe?

Wenn Sie Hilfe mit First Alert SA700LLCE benötigen, stellen Sie unten eine Frage und andere Benutzer werden Ihnen antworten




Bedienungsanleitung Rauchmelder First Alert

Bedienungsanleitung Rauchmelder

Neueste Bedienungsanleitung für -Kategorien-