Fujifilm FinePix SL280 Bedienungsanleitung
Fujifilm
Digitalkameras
FinePix SL280
Lesen Sie kostenlos die 📖 deutsche Bedienungsanleitung für Fujifilm FinePix SL280 (151 Seiten) in der Kategorie Digitalkameras. Dieser Bedienungsanleitung war für 34 Personen hilfreich und wurde von 2 Benutzern mit durchschnittlich 4.5 Sternen bewertet
Seite 1/151

DIGITAL CAMERA
FINEPIX SL300 Serie
FINEPIX SL280 Serie
FINEPIX SL260 Serie
FINEPIX SL240 Serie
Gebruiksaanwijzing
Dank u voor het vertrouwen dat u in dit pro-
duct heeft gesteld. Deze gebruiksaanwijzing
beschrijft hoe u uw FUJIFILM digitale camera
en de meegeleverde software gebruikt. Lees
de gebruiksaanwijzing en in zijn geheel aan-
dachtig door voordat u de camera in gebruik
neemt en besteed hierbij extra aandacht aan
de waarschuwingen in het hoofdstuk “Voor
uw veiligheid” (pag. ii).
Voor informatie over aanverwante producten, bezoek onze website op
http://www.fujifilm.com/products/digital_cameras/index.html
Voordat u begint
Eerste stappen
Eenvoudig fotograferen en
afspelen
Meer over fotogra e
Meer over afspelen
Films
Aansluitingen
Menu’s
Technische informatie
Probleemoplossing
Appendix
BL01664-B02 NL

ii
Voor uw veiligheid
Lees deze opmerkingen voordat u de camera gebruikt
Veiligheidsopmerkingen
• Zorg ervoor dat u uw camera goed gebruikt. Lees voor gebruik deze Vei-
ligheidsopmerkingen en uw Gebruiksaanwijzing zorgvuldig door.
• Bewaar deze veiligheidsopmerkingen na het lezen op een veilige plaats.
Informatie over pictogrammen
De hieronder afgebeelde pictogrammen worden in deze gebruiksaanwij-
zing gebruikt om de ernst aan te geven van een letsel of schade die kan
ontstaan als de betekenis van het pictogram niet in acht wordt genomen
en het product ten gevolge daarvan onjuist wordt gebruikt.
WAAR-
SCHUWING
Dit pictogram geeft aan dat het niet opvolgen van instructies kan
leiden tot ernstig of fataal letsel.
OPGEPAST
Dit pictogram geeft aan dat het niet opvolgen van instructies kan
leiden tot persoonlijk letsel of materiële schade.
De hieronder afgebeelde pictogrammen geven de ernst van de gevolgen
aan als de instructies niet wordt nageleefd.
Driehoekige pictogrammen geven aan dat deze informatie uw aan-
dacht behoeft (“Belangrijk”).
Cirkelvormige pictogrammen met een diagonale streep geven aan
dat die handeling verboden is (“Verboden”).
Opgevulde cirkels met een uitroepteken geven aan dat er een han-
deling moet worden verricht (“Vereist”).
WAARS
WAARS
WAARS
WAARSCHUWING
CHUWING
CHUWING
CHUWING WAARSCHUWING
Uit het
stopcontact
verwijderen
Als er een probleem ontstaat, zet u de camera uit, verwijdert u de batterij,
koppelt u de netadapter van de camera los en haalt u deze uit het stopcontact.
Het blijven gebruiken van de camera als deze rook verspreidt of een
ongewone geur of wanneer de camera een ander gebrek vertoont,
kan brand of een elektrische schok tot gevolg hebben.
• Neem contact op met uw FUJIFILM-dealer.
WAARS
WAARS
WAARS
WAARSCHUWING
CHUWING
CHUWING
CHUWING WAARSCHUWING
Laat geen water of andere vreemde voorwerpen de camera binnendringen.
Als water of andere vreemde voorwerpen in de camera terechtko-
men, schakelt u de camera uit, verwijdert u de batterij, koppelt u de
netstroomadapter los en trekt u deze uit het stopcontact.
Als u de camera blijft gebruiken, kan dat leiden tot brand of een
elektrische schok.
• Neem contact op met uw FUJIFILM-dealer.
Niet gebruiken
in de badka-
mer of in de
douche.
Gebruik de camera niet in de badkamer of in de douche.
Dit kan brand of een elektrische schok veroorzaken.
Niet demon-
teren.
Probeer nooit te demonteren of te modi ceren (open nooit de behuizing).
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan brand of
een elektrische schok veroorzaken.
Raak geen
interne onder-
delen aan
Mocht de behuizing openbreken door een val of ander ongeluk, raak de bloot-
liggende onderdelen niet aan.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan een elek-
trische schok of letsel door het aanraken van beschadigde onder-
delen tot gevolg hebben. Verwijder onmiddellijk de accu en pas
op voor letsel of een elektrische schok. Breng het product naar het
verkooppunt voor raadpleging.
Het verbindingssnoer mag niet worden aangepast, verwarmd, overmatig
geplooid of uitgetrokken worden en er mogen geen zware voorwerpen op
worden geplaatst.
Deze handelingen zouden het snoer kunnen beschadigen en brand
of een elektrische schok kunnen veroorzaken.
•
Neem contact op met uw FUJIFILM-dealer als het snoer beschadigd is.
Plaats de camera niet op een onstabiele ondergrond.
Hierdoor kan de camera vallen of kantelen en letsel veroorzaken.
Probeer nooit foto’s te maken als u in beweging bent.
Gebruik de camera niet tijdens het wandelen of als u in een auto
rijdt. Dit kan leiden tot een val of een verkeersongeluk.
Raak tijdens onweer de metalen onderdelen van de camera niet aan.
Dit kan tot een elektrische schok leiden door de ladingsoverdracht
van een blikseminslag.
Gebruik de batterij niet voor andere doeleinden dan waarvoor deze bedoeld is.
Plaats de batterij zoals aangeduid door de merktekens.

iii
Voor uw veiligheid
WAARS
WAARS
WAARS
WAARSCHUWING
CHUWING
CHUWING
CHUWING WAARSCHUWING
Verwarm, wijzig of demonteer de batterij niet. Laat de batterij niet vallen of
stel deze niet bloot aan schokken. Berg de batterij niet samen met metalen
voorwerpen op. Gebruik geen andere laders dan het gespeci ceerde model
om de batterij op te laden.
Elk van deze handelingen kan tot ontplo ng of lekkage van de bat-
terij leiden en kan brand of letsel veroorzaken.
Gebruik uitsluitend batterijen of netstroomadapters die voor gebruik met
deze camera goedgekeurd zijn. Gebruik geen andere spanning dan de ver-
melde spanningsvoeding.
Het gebruik van andere spanningsbronnen kan tot brand leiden.
Als de batterij lekt en vloeistof in contact komt met uw ogen, huid of kleding,
spoelt u het betre ende gebied onmiddellijk met schoon water en zoekt u
medische hulp of belt u onmiddellijk het alarmnummer.
Gebruik de lader niet om andere batterijen dan hier vermeld, op te laden.
De Ni-MH-batterijlader is ontworpen voor HR-AA Ni-MH-batterijen
van FUJIFILM. Als u de lader gebruikt om gewone batterijen of an-
dere types oplaadbare batterijen op te laden, dan kan dit leiden tot
lekkage, oververhitting of een explosie.
Het onjuist vervangen van de batterij houdt explosiegevaar in. Vervang de
batterij alleen door een batterij van hetzelfde of een vergelijkbaar type.
Gebruik niet in de nabijheid van ontvlambare voorwerpen, explosieve gas-
sen of stof.
Als u de batterij bij u draagt, plaatst u deze in de digitale camera of bewaart
u de batterij in de harde tas. Als u de batterij wilt opbergen, bergt u deze op
in de harde tas. Als u de batterij wegbrengt voor recycling, bedekt u de polen
met isolatietape.
Door contact met andere batterijen of metalen voorwerpen kan de
batterij in brand vliegen of ontplo en.
Houd geheugenkaarten buiten het bereik van kleine kinderen.
Omdat geheugenkaarten klein zijn, kunnen ze makkelijk door kin-
deren worden ingeslikt. Bewaar geheugenkaarten buiten het bereik
van kleine kinderen. Als een kind een geheugenkaart inslikt, moet
u onmiddellijk medische hulp zoeken of het alarmnummer bellen.
OPGEPAS
OPGEPAS
OPGEPAS
OPGEPAST
T
T
T OPGEPAST
Gebruik de camera niet op plaatsen met oliedampen, stoom, vochtigheid of stof.
Dit kan brand of een elektrische schok veroorzaken.
Laat de camera niet achter op plaatsen die aan extreem hoge temperaturen
zijn blootgesteld.
Laat de camera niet achter in afgesloten ruimtes zoals in een afgeslo-
ten voertuig of in direct zonlicht. Dit kan brand veroorzaken.
OPGEPAS
OPGEPAS
OPGEPAS
OPGEPAST
T
T
T OPGEPAST
Buiten het bereik van kleine kinderen houden.
Dit product kan letsel aan de handen van kinderen veroorzaken.
Plaats geen zware voorwerpen op de camera.
Hierdoor kan het zware voorwerp vallen of kantelen en letsel ver-
oorzaken.
Verplaats de camera niet terwijl deze nog steeds met het netsnoer verbon-
den is. Trek niet aan het snoer om de netstroomadapter te verwijderen.
Deze handelingen zouden het snoer kunnen beschadigen en brand
of een elektrische schok kunnen veroorzaken.
Gebruik de netstroomadapter niet wanneer de st ekker beschadigd is of de
stekkerverbinding loszit.
Dit kan brand of een elektrische schok veroorzaken.
Bedek de camera en de netstroomadapter niet en wikkel deze niet in een
doek of deken.
Hierdoor kan de temperatuur te hoog oplopen waardoor de behui-
zing vervormt of waardoor er brand ontstaat.
Als u de camera reinigt en u de camera voor langere tijd niet van plan bent te
gebruiken, verwijdert u de batterij en koppelt u de netstroomadapter los.
Doet u dit niet, dan kan dat leiden tot brand of een elektrische schok.
Na het opladen dient u de lader uit het stopcontact te verwijderen.
Er kan brand ontstaan als u de lader in het stopcontact laat zitten.
Als een itser te dicht bij ogen wordt gebruikt, kan deze persoon daar tijde-
lijk door verblind raken.
Let bijzonder goed op bij het fotograferen van baby’s en kleine kinderen.
Bij het verwijderen van een geheugenkaart kan de kaart te snel uit de sleuf
schieten. Gebruik uw vinger om de kaart tegen te houden en laat de kaart
voorzichtig los.
Laat uw cam era regelmatig nakijken en schoonmaken.
Een ophoping van stof in uw camera kan tot brand of een elektrische
schok leiden.
• Neem contact op met uw FUJIFILM-dealer om de camera om de 2
jaar van binnen te laten reinigen.
• Dit is echter niet gratis.
Haal uw vingers van het itservenster voordat de itser afgaat.
Anders zou u brandwonden kunnen oplopen.
Houd het itservenster schoon en gebruik de itser niet als het venster wordt
belemmerd.
Anders kan rook of verkleuring ontstaan.

iv
Voor uw veiligheid
Spanningsvoeding en batterij
* Controleer welk type batterij u gebruikt
voordat u de volgende beschrijvingen
leest.
Hieronder wordt uitgelegd hoe u
de batterijen juist gebruikt en hoe u
de levensduur ervan kan verlengen.
Onjuist gebruik van batterijen kan
de levensduur ervan verkorten, maar
kan ook lekkage, oververhitting,
brand of een explosie veroorzaken.
1 Voor deze camera gebruikt u een
oplaadbare Lithium-ion ba tterij
* Bij levering is de batterij niet volle-
dig opgeladen. Laad voor gebruik
de batterij altijd op.
* Plaats de batterij in de camera
of bewaar deze in de zachte tas
wanneer u de batterij met u mee-
neemt.
Batterijkenmerken
•
De batterij verliest geleidelijk haar
lading, zelfs wanneer de batterij
niet wordt gebruikt. Gebruik een
batterij die onlangs werd opgela-
den (in de afgelopen twee dagen)
om foto’s te nemen.
• Om de levensduur van de batterij
te maximaliseren, schakelt u de ca-
mera zo snel mogelijk uit als deze
niet wordt gebruikt.
•
Het aantal resterende foto’s is
minder op koude locaties of bij
koude temperaturen. Neem een
reservebatterij mee die volledig is
opgeladen. U kunt de capaciteit
van de batterij ook verhogen door
de batterij in uw zak of op een an-
dere warme plaats te bewaren en
net voor u een opname maakt de
batterij in de camera te plaatsen.
Als u een verwarmingszakje ge-
bruikt, mag u dit niet rechtstreeks
tegen de batterij drukken. De ca-
mera werkt mogelijk niet als u een
bijna lege batterij onder koude om-
standigheden gebruikt.
■ De batterij opladen
• U kunt de batterij opladen met de
batterijlader (meegeleverd).
- De batterij kan worden opgela-
den bij een omgevingstempera-
tuur tussen 0°C en +40°C. Raad-
pleeg de Gebruiksaanwijzing voor
de oplaadduur van de batterij.
- Laad de batterij op bij een omge-
vingstemperatuur tussen +10°C
en +35°C. Als u de batterij bij een
andere temperatuur oplaadt,
duurt het opladen langer omdat
de prestaties van de batterij hier-
door worden verminderd.
- U kunt de batterij niet opladen
bij temperaturen onder het vries-
punt.
•
De oplaadbare Lithium-ion batterij
hoeft niet volledig leeg te zijn of
ontladen te worden voordat deze
kan worden opgeladen.
• De batterij kan na het opladen of
onmiddellijk na gebruik warm aan-
voelen. Dit is volkomen normaal.
• Laad een volledig opgeladen bat-
terij niet opnieuw op.
■ Levensduur van de batterij
Bij normale temperaturen kan de
batterij minimaal 300 keer worden
gebruikt. Als de prestatieduur van
de batterij duidelijk afneemt, wijst dit
erop dat de batterij het einde van de
levensduur heeft bereikt en dat deze
vervangen moet worden.
■ Opmerkingen over opslag
•
Als de batterij voor langere perioden
opgeladen wordt opgeslagen, kan
de prestatie van de batterij achteruit
gaan. Als de batterij voor langere tijd
niet wordt gebruikt, laat u de batterij
laten leeglopen voordat u deze op-
bergt.
• Als u de camera voor langere tijd
niet gebruikt, verwijdert u de bat-
terij uit de camera.
• Bewaar de batterij op een koele
plaats.
- Bewaar de batterij op een droge
plaats met een omgevingstem-
peratuur tussen +15°C en +25°C.
- Bewaar de batterij niet op een
hete of extreme koude plaats.
■ Met de batterij omgaan Veiligheids-
waarschuwingen:
•
Bewaar of vervoer de batterij niet
samen met metalen voorwerpen
zoals kettinkjes of haarspelden.
• Warm de batterij niet op of gooi
deze niet in het vuur.
• Probeer de batterij niet te demon-
teren of te wijzigen.
• Laad de batterij niet op met niet-
gespeci ceerde laders.
• Breng een versleten batterij on-
middellijk weg.
•
Laat de batterij niet vallen of stel
deze niet bloot aan sterke schokken.
•
Stel de batterij niet bloot aan water.
• Houd de polen van de batterij al-
tijd schoon.
• Bewaar de batterij niet op een
hete plaats. Wanneer u de batterij
gedurende een langere periode
gebruikt, worden de behuizing
van de camera en de batterij zelf
warm. Dit is normaal. Gebruik de
netstroomadapter die bij de came-
ra wordt geleverd als u gedurende
langere tijd opnamen maakt of
foto’s bekijkt.
2 Voor deze camera gebruikt u
AA-alk aline of Ni-MH (nikkelmetaal
hydride) oplaadbare batterijen
* Meer informatie over de batterijen
die u kunt gebruiken, vindt u in de
Gebruiksaanwijzing van de camera.
■ Waarschuwingen voor het gebruik
van batterijen
• Verwarm de batterijen niet en gooi
deze niet in een vuur.
• Bewaar of vervoer de batterij niet
samen met metalen voorwerpen
zoals kettinkjes of haarspelden.
• Stel de batterij niet bloot aan water,
zorg ervoor dat deze niet nat wor-
den en bewaar de batterijen niet
op een vochtige plaats.
• Probeer de batterij en de batterij-
behuizingen niet te demonteren of
te wijzigen.

v
Voor uw veiligheid
• Stel de batterijen niet bloot aan
sterke schokken.
• Gebruik geen lekkende, vervorm-
de of verkleurde batterijen.
• Bewaar batterijen niet op een war-
me of vochtige plaats.
• Houd de batterijen buiten het be-
reik van baby’s en kleine kinderen.
• Controleer of de polen van de bat-
terijen (C en D) goed zijn.
• Gebruik niet gelijkertijd nieuwe en
gebruikte batterijen. Gebruik niet
gelijkertijd opgeladen en ontladen
batterijen.
• Gebruik niet gelijkertijd verschil-
lende merken batterijen.
• Als u de camera voor langere tijd
niet gebruikt, verwijdert u de bat-
terij uit de camera. Houd er re-
kening mee als de camera wordt
bewaard zonder batterijen, dat de
tijd- en de datuminstellingen wor-
den gewist.
• De batterijen voelen net na ge-
bruik warm aan. Schakel voordat u
de batterijen verwijdert, de camera
uit en wacht tot de batterijen zijn
afgekoeld.
• Omdat de batterijen niet goed
werken in koude omstandigheden
of op koude locaties, kunt u de bat-
terijen in uw kleding verwarmen
voordat u deze gebruikt. Batterijen
werken niet goed als deze koud
zijn. De batterijen werken weer als
een normale temperatuur is be-
reikt.
• Vuil (zoals vingerafdrukken) op de
batterijpolen verhindert dat de
batterij goed kan worden opgela-
den en het aantal opnamen wordt
hierdoor verminderd. Maak de
batterijpolen voorzichtig met een
droge, zachte doek schoon voor-
dat u deze oplaadt.
Als er vloeistof lekt uit de bat-
terij, maakt u het batterijcom-
partiment grondig schoon en
plaatst u daarna nieuwe bat-
terijen.
Als batterijvloeistof op uw
handen of kleding komt, rei-
nigt u deze grondig met wa-
ter. Batterijvloeistof kan blind-
heid veroorzaken wanneer dit
in uw ogen komt. Wrijf niet in
uw ogen wanneer dit gebeurt.
Spoel uw ogen met schoon
water en neem contact op
met een arts.
■ De AA Ni-MH-batterijen juist gebrui-
ken
•
Ni-MH-batterijen die een lange tijd
niet worden gebruikt kunnen wor-
den “uitgeschakeld”. Bovendien
kunnen Ni-MH-batterijen die her-
haaldelijk worden opgeladen als
deze slechts gedeeltelijk zijn ont-
laden, last hebben van het “geheu-
gene ect”. Ni-MH-batterijen die
zijn “uitgeschakeld” of last hebben
van het “geheugene ect” leveren
na opladen slecht gedurende een
korte tijd voeding. Om dit pro-
bleem te voorkomen, ontlaadt en
laadt u deze verschillende keren
met de camerafunctie “Oplaadbare
batterijen ontladen”. Uitschakelen
en geheugenproblemen zijn type-
rend voor Ni-MH-batterijen en dit
betekent niet dat de batterij defect
is. Raadpleeg de Gebruiksaanwij-
zing procedure voor het “Oplaad-
bare batterijen ontladen”.
OPGEPAST
OPGEPAST
OPGEPAST
OPGEPAST OPGEPAST
Gebruik de functie “Oplaadbare bat-
terijen ontladen” niet als u alkaline-
batterijen gebruikt.
• Gebruik de snelle batterijlader (af-
zonderlijk verkrijgbaar) wanneer u
Ni-MH-batterijen gebruikt. Raad-
pleeg de instructies die bij de lader
zijn geleverd zodat u de lader goed
gebruikt.
• Gebruik de batterijlader niet om
andere batterijen op te laden.
• De batterijen voelen warm aan na-
dat deze zijn opgeladen.
• De camera gebruikt een kleine
hoeveelheid voeding als de ca-
mera is uitgeschakeld. Houd er
rekening mee dat wanneer u de
Ni-MH-batterijen een lange tijd in
de camera laat zitten, de batterijen
te veel worden ontladen. Hierdoor
worden ze zelfs na opnieuw opla-
den, onbruikbaar.
• Ni-MH-batterijen ontladen auto-
matisch, zelfs als deze niet worden
gebruikt. Hierdoor kan de ge-
bruiksduur worden verkort.
• Ni-MH-batterijen slijten snel als
deze te veel worden ontladen
(bijvoorbeeld wanneer u deze bat-
terijen in een zaklamp gebruikt).
Ontlaad de batterijen met de ca-
merafunctie “Discharging rechar-
geable batteries” (oplaadbare bat-
terijen ontladen).
• Ni-MH-batterijen hebben een be-
perkte levensduur. Wanneer een
batterij slechts een korte tijd kan
worden gebruikt na herhaaldelijke
ontladen en opladen, kan dit bete-
kenen dat de batterij niet meer kan
worden gebruikt.
Batterijen weggooien
• Gooi batterijen weg conform de
plaatselijke regelgeving.
3 Opmerkingen voor beide modellen
(1, 2)
Netstroomadapter
Gebruik altijd de netstroomadapter
voor uw camera. Het gebruik van
een netstroomadapter van een an-
der merk dan de netstroomadapter
van FUJIFILM kan uw digitale camera
beschadigen.
Raadpleeg de Gebruiksaanwijzing
van uw camera voor meer informa-
tie over de netstroomadapter.
• Gebruik de netstroomadapter uit-
sluitend binnenshuis.
• Steek het verbindingssnoer stevig
in de DC-ingangaansluiting.
• Schakel de FUJIFILM Digitale ca-
mera uit voordat u het snoer van
de DC-ingangaansluiting loskop-

vi
Voor uw veiligheid
pelt. Om deze los te maken, trekt
u voorzichtig aan de stekker. Trek
niet aan het snoer.
• Gebruik de netstroomadapter niet
voor andere doeleinden dan voor
uw digitale camera.
• Tijdens het gebruik kan de net-
stroomadapter warm aanvoelen.
Dit is normaal.
• Demonteer de netstroomadapter
niet. Dit kan gevaarlijk zijn.
• Gebruik de netstroomadapter niet
op een warme en vochtige plaats.
• Stel de netstroomadapter niet
bloot aan sterke schokken.
•
De netstroomadapter kan een zoe-
mend geluid maken. Dit is normaal.
•
Als de netstroomadapter in de nabij-
heid van een radio wordt gebruikt,
kan deze statische elektriciteit veroor-
zaken. Als dit gebeurt, plaatst u de ca-
mera uit de buurt van de radio.
Voordat u de camera gebruikt
Richt de camera niet op extreem
heldere lichtbronnen, zoals de zon
bij een onbewolkte lucht. Het niet
in acht nemen van deze voorzorgs-
maatregel kan schade aan de beeld-
sensor van de camera toebrengen.
■ Testopnamen voor fotogra e
Vóór het maken van belangrijke
foto’s (zoals bij huwelijken of tijdens
reizen), kunt u het beste altijd eerst
een testopname maken om te con-
troleren of alles functioneert.
•
FUJIFILM Corporation aanvaardt
geen verantwoordelijkheid voor een
eventueel verlies (zoals de fotogra-
ekosten of inkomensverlies door
de fotogra e) ontstaan ten gevolge
van een storing van het product.
■ Opmerkingen over auteursrechten
Opnamen gemaakt met uw digitale
camerasysteem mogen zonder toe-
stemming van de eigenaar niet wor-
den gebruikt op een manier die de
copyrightwetten overtreedt, tenzij deze
uitsluitend voor privé-gebruik bedoeld
zijn. Er zijn bepaalde beperkingen van
toepassing bij het fotograferen van op-
tredens op podia, evenementen en ten-
toonstellingen, zelfs wanneer de foto’s
alleen voor privé-gebruik bestemd zijn.
De gebruiker wordt er ook op gewezen
dat het overdragen van een geheugen-
kaart die foto’s of gegevens bevat die
onder de copyrightwetten vallen, uit-
sluitend toegestaan is binnen de beper-
kingen opgelegd door de regelgeving
in het kader van deze auteursrechten.
■ Omgaan met uw digitale camera
Stel de camera tijdens het maken en
opslaan van foto’s niet bloot aan schok-
ken om correcte opnames te garande-
ren.
■ Vloeibare kristallen
Als het LCD-scherm beschadigd is,
moet u voorzichtig zijn met de vloei-
bare kristallen in het scherm. Neem
onmiddellijk maatregelen als één van
de volgende situaties zich voordoet.
• Als vloeibare kristallen met uw
huid in aanraking komen, moet u
de desbetre ende plaats met een
doek droog wrijven en goed was-
sen met zeep en stromend water.
• Als er vloeibare kristallen in uw oog
terechtkomen, moet u dat oog
gedurende minimaal 15 minuten
spoelen met schoon water en dan
medische hulp zoeken.
•
Als vloeibare kristallen worden inge-
slikt, moet u uw mond goed spoelen
met water. Drink grote hoeveelhe-
den water en probeer over te geven.
Zoek medische hulp.
Hoewel het LCD-paneel is vervaar-
digd met zeer geavanceerde tech-
nieken kunnen er zwarte plekken of
continu verlichte plekken zijn. Dit is
geen defect en is niet van invloed op
de opgenomen beelden.
■ Informatie over handelsmerken
•
E en xD-Picture Card™ zijn han-
delsmerken van FUJIFILM Corporation.
• IBM PC/AT is een geregistreerd
handelsmerk van International
Business Machines Corp. uit de V.S.
•
Macintosh, QuickTime en Mac OS zijn
handelsmerken van Apple Inc. in de
Verenigde Staten en andere landen.
• Windows 7, Windows Vista en het
Windows-logo zijn handelsmerken
van de Microsoft-groep.
• Het handelsmerk IrSimple™ is ei-
gendom van de Infrared Data As-
sociation®.
• Het handelsmerk IrSS™ of
IrSimpleShot™ is eigendom van de
Infrared Data Association®.
•
De SDHC- en SDXC-logo´s zijn han-
delsmerken van SD-3C, LLC.
•
Het HDMI-logo is een handelsmerk.
• YouTube is een handelsmerk van
Google Inc.
• Overige bedrijfs- of productna-
men zijn handelsmerken of gere-
gistreerde handelsmerken van de
respectieve ondernemingen.
■ Opmerkingen over elektrische storing
Als de camera in ziekenhuizen of
vliegtuigen wordt gebruikt, dan kan
deze camera storing van andere ap-
paratuur in het vliegtuig of ziekenhuis
veroorzaken. Raadpleeg de betre en-
de regelgeving voor meer informatie.
■
Toelichting op het kleurentelevisiesysteem
NTSC: National Television System
Committee, speci caties voor
een kleurentelevisiesysteem,
hoofdzakelijk van toepassing
in de V.S., Canada en Japan.
PAL: Phase Alternation by Line,
een kleurentelevisiesysteem
hoofdzakelijk toegepast in
Europa en China.
■ Exif Print (Exif ver. 2.3)
Exif Print Format is een nieuw bestands-
formaat voor digitale camera’s dat een
grote hoeveelheid opname-informatie
voor optimale afdrukken bevat.
BELANGRIJKE OPMERKING: Lees eerst
voordat u de software gebruikt
Direct of indirect exporteren, in zijn
geheel of gedeeltelijk, van software
met een licentie zonder de toestem-
ming van de van toepassing zijnde
bestuursorganen is verboden.

vii
Over deze gebruiksaanwijzing
Lees deze gebruiksaanwijzing en de waarschuwingen op de pagina’s ii–vi aandachtig door voordat u de
camera in gebruik neemt. Informatie over speci eke onderwerpen vindt u aan de hand van onderstaand
overzicht.
Geheugenkaarten
Foto’s kunnen worden opgeslagen op optionele SD-, SDHC- en SDXC-geheugenkaarten (pag. 13), in deze handleiding
wordt ernaar verwezen als “geheugenkaarten”.
✔
✔
✔
✔✔
Proble
Proble
Proble
Probleemo
emo
emo
emoplossi
plossi
plossi
plossing
ng
ng
ng Probleemoplossing .......................................
.......................................
.......................................
....................................... ....................................... pag. 1
pag. 1
pag. 1
pag. 11
1
1
12
2
2
2pag. 112
Heeft u een probleem met uw camera? U vindt de
oplossing hier.
✔
✔
✔
✔✔
Verkla
Verkla
Verkla
Verklaren
ren
ren
rende woorde
de woorde
de woorde
de woordenli
nli
nli
nlijst
jst
jst
jst Verklarende woordenlijst
..............................
..............................
..............................
.............................. .............................. pag. 1
pag. 1
pag. 1
pag. 123
23
23
23pag. 123
Hier vindt u de betekenis van enkele technische
termen.
✔
✔
✔
✔✔ In
In
In
Inhoudso
houdso
houdso
houdsopgave
pgave
pgave
pgave Inhoudsopgave
................................................
................................................
................................................
................................................ ................................................pag. xi
pag. xi
pag. xi
pag. xipag. xi
De “Inhoudsopgave” geeft een duidelijk overzicht
van de gehele gebruiksaanwijzing. Alle camera-
functies worden er in behandeld.
✔
✔
✔
✔✔ Waar
Waar
Waar
Waarschuwi
schuwi
schuwi
schuwingsvens
ngsvens
ngsvens
ngsvensters e
ters e
ters e
ters en -aa
n -aa
n -aa
n -aandu
ndu
ndu
nduidi
idi
idi
idingen
ngen
ngen
ngen Waarschuwingsvensters en -aanduidingen
....
....
....
.... .... pag. 1
pag. 1
pag. 1
pag. 11
1
1
19
9
9
9pag. 119
Lees hier wat het knipperende pictogram of de
foutmelding in het LCD-scherm betekent.
✔
✔
✔
✔✔
V & A over d
V & A over d
V & A over d
V & A over de came
e came
e came
e camera
ra
ra
ra V & A over de camera ......................................
......................................
......................................
...................................... ......................................pag. vii
pag. vii
pag. vii
pag. viii
i
i
ipag. viii
U weet wat u wilt doen, maar u weet niet hoe dat
heet? U vindt het antwoord in “V & A over de ca-
mera”.

viii
V & A over de camera
Vragen en antwoorden zijn ingedeeld per taak.
Inste
Inste
Inste
Instelling va
lling va
lling va
lling van de came
n de came
n de came
n de camera
ra
ra
raInstelling van de camera
Vraa
Vraa
Vraa
Vraag
g
g
gVraag Sle
Sle
Sle
Sleute
ute
ute
utelwoo
lwoo
lwoo
lwoorde
rde
rde
rden
n
n
nSleutelwoorden Zie p
Zie p
Zie p
Zie pagi
agi
agi
agina
na
na
naZie pagina
Hoe stel ik de klok van de camera in? Datum en tijd 15
Als ik op reis ben, kan ik dan de camera instellen op de plaatselijke tijd? Tijdverschil 104
Hoe voorkom ik dat het LCD-scherm automatisch uit gaat? Uitschakelen 107
Hoe maak ik het LCD-scherm lichter of donkerder? LCD-helderheid 107
Hoe zet ik de geluiden van de camera uit? Bedienings- en sluitervolume 102
Stille stand 19
Hoe verander ik het geluid van de sluiter? Sluitergeluid 102
Wat is de betekenis van de pictogrammen in het LCD-scherm? LCD-indicators 4
Hoe is het gesteld met de batterijen? Batterijniveau 17
Kan ik de opnamedatum en het opnametijdstip toevoegen aan de foto’s? Datumstempel 108
Foto’
Foto’
Foto’
Foto’s d
s d
s d
s delen
elen
elen
elenFoto’s delen
Vraa
Vraa
Vraa
Vraag
g
g
gVraag Sle
Sle
Sle
Sleute
ute
ute
utelwoo
lwoo
lwoo
lwoorde
rde
rde
rden
n
n
nSleutelwoorden Zie p
Zie p
Zie p
Zie pagi
agi
agi
agina
na
na
naZie pagina
Kan ik foto’s afdrukken met mijn eigen printer? Foto’s afdrukken 63

ix
V & A over de camera
Fotograf
Fotograf
Fotograf
Fotografere
ere
ere
eren
n
n
nFotograferen
Vraa
Vraa
Vraa
Vraag
g
g
gVraag Sle
Sle
Sle
Sleute
ute
ute
utelwo
lwo
lwo
lwoor
or
or
orden
den
den
denSleutelwoorden Zie p
Zie p
Zie p
Zie pagi
agi
agi
agina
na
na
naZie pagina
Hoe voorkom ik onscherpe foto’s? 2x stabilisatie 18
Hoe maak ik goede portretfoto’s? Intelligente gezichtsdetectie 32
Kan de camera automatisch de instellingen aanpassen aan verschillende
scènes? Opnamestand M 16
Kan ik zelf de instellingen bepalen voor verschillende scènes? Onderwerpprogramma’s 22
Hoe weet ik zeker dat mijn onderwerp lacht wanneer ik een foto maak? Lachdetectie 23
Hoe weet ik zeker dat er niemand met de ogen knipperde tijdens het
maken van de foto? Knipoogdetectie 33
Kan ik bij het scherpstellen voorrang geven aan het gezicht van iemand? Gezichtsherkenning 84
Hoe maak ik close-up foto’s? Close-up opnamen (macrostand) 36
Hoe voorkom ik dat de itser gaat itsen?
Flitsstand 37
Hoe voorkom ik dat het onderwerp rode ogen krijgt van het itsen?
Hoe moet ik schaduwpartijen “invullen” bij een onderwerp met tegenlicht?
Hoe kan ik in één keer een reeks van foto’s maken? Opnamestand continu fotogra-
feren 41
Hoe kom ik als fotograaf zelf ook op de foto? Zelfontspanner 39
Hoe maak ik close-up foto’s? Bewegend panorama 25
Kan ik de sluitertijd en de diafragma-opening instellen? Opnamestanden P, ,S A en M 27
Kan ik camera-instellingen opslaan en weer oproepen? Opnamestand C 31
Hoe stel ik de belichting in? Belichtingscompensatie 45
Hoe kan ik een bewegend onderwerp scherpgesteld houden? Volgen 84
Hoe maak ik een lm? Films opnemen 58
Hoe kader ik foto’s met de zoeker? EVF/LCD-knop 5

xi
Voor uw veiligheid .......................................................................... ii
Veiligheid sopm erk ingen ............................................................. ii
Over deze gebruiksaanwijzing ...............................................vii
V & A over de camera ..................................................................viii
V
V
V
Voor
oor
oor
oordat u be
dat u be
dat u be
dat u begin
gin
gin
gint
t
t
tVoordat u begint
Inleiding ...............................................................................................1
Symbolen en conventies .............................................................1
Meegeleverde accessoires.......................................................... 1
Delen van de camera .................................................................... 2
LCD- in dic ator s .............................................................................. 4
De functieknop ............................................................................ 6
Eer
Eer
Eer
Eerste st
ste st
ste st
ste stapp
app
app
appen
en
en
enEerste stappen
De draagriem en de lensdop ...................................................... 7
De batterij opladen ........................................................................ 8
De batterij en een geheugenkaart plaatsen .....................10
De camera in- en uitschakelen ................................................ 14
Opnamestanden ..........................................................................14
Afspeelstand .................................................................................. 14
Basisinstellingen ............................................................................15
Eenvou
Eenvou
Eenvou
Eenvoudig fo
dig fo
dig fo
dig fotog
tog
tog
tografe
rafe
rafe
raferen e
ren e
ren e
ren en afs
n afs
n afs
n afspe
pe
pe
pelen
len
len
len
Eenvoudig fotograferen en afspelen
Foto’s maken in de modus M (Scèneherkenning)
... 16
Foto’s bekijken ................................................................................21
Me
Me
Me
Meer over fo
er over fo
er over fo
er over fotogr
togr
togr
togra
a
a
a
e
e
e
eMeer over fotogra e
Opnamestanden ............................................................................22
M SCÈNEHERKENNING ....................................................22
B AUTOMATISCH........................................................................22
SP ONDERWERPPROGRAMMA ...............................................22
N BEWEGEND PANORAMA ...............................................25
P: PROGRAMMA AE .....................................................................2
S: SLUITER AE ................................................................................
A: DIAFRAGMA AE ........................................................................2
M: HANDMATIG .............................................................................3
C: AANGEPAST ...............................................................................3
Intelligente gezichtsdetectie ................................................... 32
Kni pperd e tec tie ............................................................................33
Scherpstelvergrendeling ...........................................................34
F
Opnamestanden Macro en Super Macro (close-ups)
...36
N De itser gebruiken (Intelligente itser) ........................ 37
J De zelfontspanner gebruiken ............................................39
I Continustand (continu fotograferen) ............................ 41
c Instant Zoom ............................................................................43
d Belichtingscompensatie ......................................................45
Inhoudsopgave

xii
Inhoudsopgave
Me
Me
Me
Meer over af
er over af
er over af
er over afsp
sp
sp
spel
el
el
elen
en
en
en
Meer over afspelen
Afspeelfuncties ..............................................................................47
Afsp eelzo om ..................................................................................48
I Favorieten: Foto’s waarderen ............................................. 4 8
Foto-informatie weergeven .....................................................49
Multi-Frame afspelen .................................................................50
Panorama's bekijken .................................................................... 51
k Fotoboek hulp ..........................................................................52
Een fotoboek maken ...................................................................52
Fotoboeken bekijken ..................................................................53
Bewerken en verwijderen van fotoboeken........................53
b Een foto zoeken ....................................................................... 54
A Foto's wissen ............................................................................. 55
Eén foto wissen .............................................................................55
Meerdere foto's wissen .............................................................56
Alle foto's wissen ..........................................................................57
Films
Films
Films
FilmsFilms
F Films opnemen.........................................................................58
a Films afspelen ...........................................................................60
Aans
Aans
Aans
Aanslui
lui
lui
luiti
ti
ti
tinge
nge
nge
ngen
n
n
nAansluitingen
Foto’s afspelen op een televisietoestel ...............................61
Foto’s afdrukken via USB ...........................................................63
De camera aansluiten .................................................................63
Geselecteerde foto’s afdrukken .............................................63
DPOF printopdrachten afdrukken .........................................64
Een DPOF printopdracht aanmaken .....................................66
Foto’s bekijken op een computer ..........................................69
Het installeren van de software .............................................69
De camera aansluiten .................................................................73
Me
Me
Me
Menu’s
nu’s
nu’s
nu’s
Menu’s
De menu’s gebruiken: Opnamestanden ............................. 75
Het menu F-standen gebruiken ...........................................75
De opties van het menu F-stand en .....................................76
N ISO ............................................................................................76
O BEELDGROOTTE ..................................................................77
P FINEPIX KLEUR .....................................................................78
Het menu Opnamestanden gebruiken ...............................78
De opties van het menu Opnamestanden .........................79
T BEELDKWALITEIT ................................................................81
D WITBALANS ...........................................................................81
H SCHERPTE ..............................................................................82
C LICHTMEETSYSTEEM .........................................................83
F SCHERPSTELLING ...............................................................83
S GEZICHTSHERKENNING ...................................................84
J AE BKT EV-STAPPEN ...........................................................87
I FLITSLICHT ............................................................................87
g EXTERNE FLITSER ................................................................88

xiii
Inhoudsopgave
De menu’s gebruiken: Afspeelstand ....................................89
Het menu F-standen gebruiken ...........................................89
De opties van het menu F-standen .....................................89
I DIAVOORSTELLING ............................................................90
Het Afspeelmenu gebruiken ...................................................91
De opties van het Afspeelmenu .............................................91
j MARK. VOOR OPL. ..............................................................92
B VERWIJDER R. OGEN ..........................................................94
D BEVEILIGEN ...........................................................................95
G BEELDUITSNEDE .................................................................96
O NIEUW FORMAAT ...............................................................97
C FOTO DRAAIEN ....................................................................98
F VOICE MEMO ........................................................................99
J BEELDVERHOUDING ....................................................... 100
Het menu Instellingen ...............................................................101
Het menu Instellingen gebruiken........................................101
De opties van het menu Instellingen .................................102
N TIJDVERSCHIL.................................................................... 104
K FORMATTEREN ................................................................. 105
A WEERGAVE ......................................................................... 105
B NUMMERING .................................................................... 106
I AFSPEEL VOLUME .............................................................107
J LCD HELDERHEID..............................................................107
M UITSCHAKELEN ..................................................................107
D DIGIT. ZOOM .......................................................................107
S DATUMSTEMPEL .............................................................. 108
T
T
T
Tech
ech
ech
echnisc
nisc
nisc
nische in
he in
he in
he inform
form
form
formati
ati
ati
atie
e
e
e
Technische informatie
Optionele accessoires .............................................................. 109
Accessoires van FUJIFILM ........................................................110
Onderhoud van de camera ..................................................... 111
Prob
Prob
Prob
Proble
le
le
leemo
emo
emo
emoplo
plo
plo
plossin
ssin
ssin
ssing
g
g
gProbleemoplossing
Probleemoplossing ....................................................................112
Waarschuwingsvensters en -aanduidingen....................119
Appe
Appe
Appe
Append
nd
nd
ndix
ix
ix
ixAppendix
Verklarende woordenlijst ........................................................123
Capaciteit van de geheugenkaart .......................................124
Technische gegevens .................................................................125

xivxiv
Memo

1
Inleiding
Symbolen en conv
Symbolen en conv
Symbolen en conv
Symbolen en convent
ent
ent
enties
ies
ies
iesSymbolen en conventies
In deze gebruiksaanwijzing worden de volgende symbolen gebruikt:
3 Attentie: Informatie die u moet lezen voordat u de camera in gebruik neemt en die u leert hoe u de ca-
mera correct bedient.
1 Opmerking: Punten waarop u tijdens het gebruik van de camera moet letten.
2 Tip: Aanvullende informatie die tijdens het gebruik van de camera van pas kan komen.
Menu’s en andere teksten die op het LCD-scherm van de camera verschijnen, worden vetgedrukt weerge-
geven. In de illustraties in deze gebruiksaanwijzing wordt het LCD-scherm van de camera ten behoeve van
de duidelijkheid soms enigszins vereenvoudigd afgebeeld.
Meegeleverde accessoires
Meegeleverde accessoires
Meegeleverde accessoires
Meegeleverde accessoiresMeegeleverde accessoires
De volgende accessoires worden bij de camera meegeleverd:
NP-85 oplaadbare batterij BC-85 batterijlader Stekkeradapter * USB-A/V-kabel
• Beginnershandleiding
Draagriem Lensdop CD-ROM
* Het model van de adapter varieert afhankelijk van de verkoopregio.
Voordat u begint

2
Inleiding
Delen van de came
Delen van de came
Delen van de came
Delen van de camera
ra
ra
raDelen van de camera
Voor meer informatie, zie de pagina rechts van elk item.
14 Microfoon .............................................58, 9
15 Knop itser opklappen .........................37
16 Luidspreker ........................................60, 100
17 Schakelaar aan de zijkant ....................17
18 Lens .........................................................14,
8 G-schakelaar ................................. 14
9 F (Finepix foto-standen)-knop
.....................................................................75, 89
10 Indicatorlamp .............................................20
11 Functieknop .................................................. 6
12 AF-hulplicht .................................................35
Lampje voor de zelfontspanner .....40
13 Flitser ................................................................37
1 Bevestigingsoog voor de
draagriem........................................................ 7
2 Dioptrieregelaar .......................................... 5
3 Stroomvoerend koppelstuk .........88, 110
4 Zoomregelaar ..............................17, 48, 50
5 Ontspanknop .............................................20
6 c (instant zoom)- kno p ............................... 43
7 I (seriestand)-k nop ....................................41
* Illustraties in deze handleiding kunnen ten behoeve van de duidelijkheid enigszins vereenvoudigd afgebeeld zijn.

3
Voordat u begint
Inleiding
28 d (belichtingscompensatie/foto-
informatie)-knop ...........................45, 49
29 Afdekklepje aansluiting
....................................................61, 63, 7
30 Batterijvergrendeling ...........10, 12
31 Batterijcompartiment ..................10
32 Geheugenkaartsleuf ....................11
33 Aansluiting voor USB-A/V-kabel
....................................................61, 63, 7
34 HDMI Mini-aansluiting ................61
19 Elektronische zoeker ......................5
20 Keuzeknop (zie hieronder)
21 LCD-scherm .........................................4
22
DISP (display)/BACK-knop
...18, 19, 47
23 a (afspelen)-knop ..................... 21, 47
24 Afdekkap van het batterijen-
compar timent .................................. 10
25 Bevestigingspunt voor statief
26 Vergrendeling van het batterij-
encompar timent ............................10
27 EVF/ LCD (schermkeuze)-knop ............. 5
De keuzeknop
MENU/OK-knop (pag. 15)
Cursor links
F (macro)-knop (pag. 36)
Cursor rechts
N
( itser)-knop (pag. 37)
Cursor omhoog
b -knop (pag. 21)(wissen)
Cursor omlaag
J -knop (pag. 39)(zelfontspanner)

4
Inleiding
LCD-
LCD-
LCD-
LCD-indic
indic
indic
indicators
ators
ators
atorsLCD-indicators
Tijdens het opnemen en afspelen kunnen de volgende indicators verschijnen. De weergegeven indicators
kunnen verschillen naargelang de camera-instellingen.
■
■
■
■■
Opna
Opna
Opna
Opname
me
me
me Opname
OK
10 :00
AM
19
19
19
19
19
DATE
DATE
DATE
DATE
DATE
12/31/2050
12/31/2050
12/31/2050
12/31/2050
12/31/2050
F
3. 1250
100
N
N
N
N
N
13 Scherpstelframe........................................34
14 Onscherptewaarschuwing
..........................................................37, 115, 1
15 Datum en tijd ..............................................15
16 Sluitertijd en diafragma .......................27
17 Gevoeligheid ..............................................76
18 Beeldkwaliteit .............................................8
19 FinePix kleur ................................................7
20 Witbalans .......................................................
21 Batterijniveau ..............................................1
22 2x stabilisatie...............................................1
23
Belichtingscompensatie-indicator
....
45
24
Belichtingsindicator
.................................. 45
1 Resterend aantal opnamen ............ 124
2 Beeldformaat ..............................................77
3 Scherpstelwaarschuwing ...................19
4 Datumstempel ........................................108
5 Stille stand ....................................................19
6 Continustand ..............................................41
7 Belichtingsmeting ...................................83
8 Indicator Intelligente
gez ichtsdete ctie ....................................... 32
9 Opnamestand ............................................22
10 Flitsstand .......................................................37
11 Macrostand (close-up) ..........................36
12 Indicator zelfontspanner .....................39
■
■
■
■■
Afsp
Afsp
Afsp
Afspelen
elen
elen
elen
Afspelen
10
10
10
10:
:
:
:00
00
00
00
AM
AM
AM
AM
10:00
AM
100-
100-
100-
100-0001
0001
0001
0001
100-0001
12/31/2050
12/31/2050
12/31/2050
12/31/2050
12/31/2050
N
N
N
N
N
4:3
1/250
1/250
1/250
1/250
1/250
F3.1
F3.1
F3.1
F3.1
F3.1
100
6 Beveiligd beeld ..........................................95
7 DPOF-afdrukindicator ...........................66
8 Voice memo-indicator ..........................99
9 Indicator fotoboekhulp ........................52
10 Markeren voor verzending naar .....92
11 Framenummer ........................................106
12 Waardering ...................................................4
1 Geschenkbeeld .........................................47
2 Indicator stille stand ...............................19
3 Indicator rode-
ogenverwijdering ....................................94
4 Indicator Intelligente
gez ichtsdete ctie ....................................... 32
5 Indicator afspeelstand ...................21, 47

5
Voordat u begint
Inleiding
De elektronische zoeker (EVF)
De elektronische zoeker, waarin dezelfde informatie wordt getoond als op het LCD-scherm, kan worden gebruikt
wanneer het licht direct op het LCD-scherm valt waardoor het erg moeilijk is om iets op het scherm te zien. Druk op
de EVF/LCD-knop om van het LCD-scherm over te schakelen naar de elektronische zoeker of vice versa (uw keuze blijft
bewaard wanneer de camera wordt uitgeschakeld of de functieknop in een andere stand wordt gezet).
EVF
LCD
Dioptrieregelaar
Deze camera heeft een dioptrieinstelling om zich aan individuele oogsterkten aan te passen. Laat de dioptrieregelaar
op en neer glijden tot de zoekerweergave scherpgesteld is.

6
Inleiding
De func
De func
De func
De functie
tie
tie
tieknop
knop
knop
knopDe functieknop
Om een opnamestand te selecteren, draait u aan de functieknop en zet u
het pictogram van de gewenste opnamestand tegenover het merkteken dat
naast de functieknop is aangebracht.
P, , , S A M: selecteren voor volledige con-
trole over de instellingen van de camera,
inclusief diafragma (M en A) en/of sluiter-
tijd (M en S) (pag. 27).
C (AANGEPAST): om opgeslagen instellin-
gen voor de opnamestanden P, , S A, en
M weer op te roepen (pag. 31).
N (BEWEGEND PANORAMA): neem een
reeks foto’s en combineer ze om een pa-
norama te maken (pag. 25).
B (AUTO): een eenvoudige “richten-en-
fotograferen” stand, speciaal voor begin-
nende gebruikers van digitale camera’s
(pag. 22).
SP (ONDERWERPPROGRAMMA): kies een
stand die bij het onderwerp of de om-
standigheden past, en de camera doet
de rest (pag. 22).
M (SCÈNEHERKENNING): een “richten
en fotograferen” stand waarbij de camera
automatisch wordt ingesteld voor de
scène (pag. 16). F (VIDEO) : om lms met geluid op te ne-
men (pag. 58).

8
De batterij opladen
Bij levering is de batterij niet opgeladen. Laad de batterij vóór gebruik op.
1 Bevestig de stekkeradapter.
Bevestig de stekkeradapter zoals rechts aangeduid en zorg dat
deze volledig geplaatst en op zijn plaats klikt op de polen van
de lader.
3 Attentie
De stekkeradapter is uitsluitend voor gebruik met de meegeleverde
batterijlader. Gebruik de stekkeradapter niet met andere apparaten.
2 Laad de batterij op met de
meegeleverde batterijlader.
Plaats de batterij in de richting die wordt aangegeven door de CFD-etiketten.
Laadindicator
Batterij
Pijl
CFD -etiket
De camera gebruikt NP-85 oplaadbare batterij.
Batterijlader
Stekkeradapter

Eerste stappen
9
De batterij opladen
3
Sluit de lader aan op een stopcontact.
Steek de stekker in een stopcontact binnenshuis. De laadindicator licht op.
De laadindicator
De laadindicator
De laadindicator
De laadindicator
De laadindicator
De laadindicator geeft de voortgang van het opladen als volgt weer:
Laadindicator
Laadindicator
Laadindicator
LaadindicatorLaadindicator La
La
La
Laadto
adto
adto
adtoest
est
est
estand
and
and
andLaadtoestand Ac
Ac
Ac
Actie
tie
tie
tieActie
Uit Geen batterij
geplaatst. Plaats de batterij.
Aan (groen) Batterij volledig opgeladen. Verwijder de batterij.
Aan (oranje) De batterij wordt opgeladen. —
Knippert (oranje) Batterij defect. Trek de stekker van de lader uit het stopcontact en
verwijder de batterij.
4 Laad de batterij op.
Verwijder de batterij wanneer deze is opgeladen.
3 Attentie
Trek de stekker van de batterijlader uit het stopcontact nadat de batterij is opgeladen.

10
De batterij en een geheugenkaart plaatsen
Nadat de batterij volledig is opgeladen, plaatst u de batterij en de geheugenkaart volgens onder-
staande aanwijzingen in de camera.
1 Open de afdekkap van het batterijencom-
partiment.
a Opmerking
Controleer altijd of de camera is uitgeschakeld
voordat u de afdekkap van het batterijencompar-
timent opent.
3 Attentie
• Open de afdekkap van het batterijencomparti-
ment nooit wanneer de camera is ingeschakeld.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgs-
maatregel kan beschadiging van fotobestan-
den of geheugenkaarten tot gevolg hebben.
• Gebruik niet te veel kracht wanneer u de afdek-
kap van het batterijencompartiment opent of
sluit.
2 Plaats de batterij.
Breng de oranje streep op de batterij op één
lijn met de oranje batterijvergrendeling, druk
de batterijvergrendeling opzij en laat de bat-
terij in het compartiment glijden. Controleer
of de batterij goed vergrendeld is.
Oranje streep
Batterijvergrendeling
3 Attentie
Plaats de batterijen in de juiste richting in het
batterijencompartiment. Oefen nooit kracht uit
en probeer niet de batterij achterstevoren of on-
dersteboven in het compartiment te drukken. Als
de batterij in de richting wordt gehouden, glijdt
hij moeiteloos in het compartiment.

Eerste stappen
13
De batterij en een geheugenkaart plaatsen
■
■
■
■■
Compati
Compati
Compati
Compatibele g
bele g
bele g
bele geheu
eheu
eheu
eheugenka
genka
genka
genkaar
ar
ar
arten
ten
ten
ten Compatibele geheugenkaarten
FUJIFILM en SanDisk SD-, SDHC- en SDXC-geheugenkaarten zijn getest en goedgekeurd om in deze
camera te worden gebruikt. Een volledige lijst met goedgekeurde geheugenkaarten is beschikbaar
op http://www.fujifilm.com/products/digital_cameras/index.html. Met andere geheugenkaarten kan de
werking niet worden gegarandeerd. De camera is niet geschikt om te worden gebruikt met xD-Picture
Cards of MultiMediaCard (MMC) apparaten.
3 Attentie
• Voorkom dat de camera wordt uitgeschakeld of dat de geheugenkaart wordt verwijderd terwijl de camera bezig is met het formatteren van
de geheugenkaart of met het lezen van, of schrijven naar, de geheugenkaart. Anders kan de geheugenkaart worden beschadigd.
• Nieuwe SD/SDHC/SDXC-geheugenkaarten moeten voor het eerste gebruik worden geformatteerd en alle geheugen-
kaarten die in een computer of ander apparaat zijn gebruikt, moeten ook weer worden geformatteerd. Zie pagina 105
voor meer informatie over het formatteren van geheugenkaarten.
• Geheugenkaarten zijn klein en kunnen worden ingeslikt; bewaar geheugenkaarten buiten het bereik van kinderen.
Roep onmiddellijk medische hulp in wanneer een kind een geheugenkaart heeft ingeslikt.
• miniSD of microSD adapters die groter of kleiner zijn dan de standaardafmetingen van een SD/SDHC/SDXC-kaart,
worden mogelijk niet normaal uitgeworpen; breng, als de kaart niet wordt uitgeworpen, de camera naar een erkend
servicecenter. Probeer de kaart niet met geweld uit de camera te halen.
• Kleef geen etiketten op geheugenkaarten. Etiketten die losraken kunnen defecten veroorzaken.
• Bij sommige soorten SD/SDHC/SDXC-geheugenkaarten kunnen lmopnamen onderbrekingen vertonen. Gebruik een
y-kaart of hoger bij het opnemen van HD- lms.
• Door het formatteren van een geheugenkaart wordt een map aangemaakt waarin de foto’s worden opgeslagen. U
mag deze map niet verwijderen of een andere naam geven. Ook mag u de fotobestanden in deze map niet bewerken,
wissen of herbenoemen met behulp van een computer of ander apparaat. Gebruik alleen de camera om foto’s van
geheugenkaarten te wissen; kopieer de bestanden naar de computer en bewerk of herbenoem de kopieën, en niet
de originele bestanden.

14
De camera in- en uitschakelen
Opna
Opna
Opna
Opnamesta
mesta
mesta
mestanden
nden
nden
ndenOpnamestanden
Schuif de G-schakelaar in de hieronder getoon-
de richting. De lens wordt automatisch uitgeschoven.
Schuif de G-schakelaar terug om de camera
uit te schakelen.
2 Tip: Overschakelen naar de afspeelstand
Druk op de a-knop om het afspelen te starten. Druk de
ontspanknop half in om weer terug te keren naar de op-
namestand.
3 Attentie
• Zorg ervoor dat de lensdop is verwijderd vooraleer u de
camera inschakelt.
• De camera kan beschadigd of defect raken als de lens bij
het uitschuiven wordt tegengehouden.
•
Vingervlekken en vuil op de lens zijn van invloed op de kwa-
liteit van de foto’s. Zorg ervoor dat de lens schoon blijft.
• De G-knop koppelt de camera niet volledig af van
de voeding.
Afspee
Afspee
Afspee
Afspeelsta
lsta
lsta
lstand
nd
nd
ndAfspeelstand
Houd de a-knop gedurende ongeveer een secon-
de ingedrukt om de camera in te schakelen en het
afspelen te starten.
Druk nogmaals op de a-knop of verschuif de
G-schakelaar om de camera uit te schakelen.
2 Tip: Overschakelen naar de opnamestand
Druk de ontspanknop half in om over te schakelen naar
de opnamestand. Druk op de a-knop om terug te keren
naar het afspelen.
2 Tip: Uitschakelen
De camera wordt automatisch uitgeschakeld als de camera niet wordt bediend gedurende de tijdsduur die is ingesteld
via het menu M UITSCHAKELEN (zie pagina 107). Gebruik de G-schakelaar of houd de a-knop gedurende
ongeveer een seconde ingedrukt om de camera in te schakelen.

Eerste stappen
15
Basisinstellingen
Wanneer de camera voor het eerst wordt ingeschakeld, verschijnt er een taalkeuzevenster. Stel de ca-
mera volgens onderstaande aanwijzingen in (zie pagina 102 voor informatie over het opnieuw instellen
van de klok of het veranderen van de taal).
1
Kies een taal.
START MENU
SET NO
ENGLISH
PORTUGUÊS
ESPAÑOL
FRANCAIS
DEUTSCH
1.1 Druk op de keuzeknop omhoog of omlaag om een taal te mar-
keren.
1.2 Druk op MENU/OK.
2
Stel de datum en tijd in.
OK AFBREKEN
DATUM/TIJD NIET INGESTELD
2014
2013
2011
2010
JJ. MM. DD
1. 1 12
:
00
AM
2012
2.1 Druk op de keuzeknop links of rechts om het jaar, de maand, de
datum, de uren of de minuten te selecteren en druk op de keu-
zeknop omhoog of omlaag om de juiste waarden in te stellen.
Om de volgorde te veranderen waarin het jaar, de maand en de
datum worden weergegeven, selecteert u de datumnotatie en
drukt u op de keuzeknop omhoog of omlaag.
2.2 Druk op MENU/OK.
2 Tip: De cameraklok
Als er gedurende langere tijd geen batterij in de camera zit, wordt de cameraklok terug gezet en wordt de taal-
keuzevenster weergegeven wanneer de camera wordt ingeschakeld. Als de batterij minstens 10 uur in de camera
heeft gezeten, dan kan de batterij gedurende 24u verwijderd worden zonder dat de klok of de taal worden gewist.

16
Eenvoudig fotograferen en afspelen
Foto’s maken in de modus M (Scèneherkenning)
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u foto’s kunt maken met de stand M (automatisch).
1 Schakel de camera in.
Verschuif de G-schakelaar om de ca-
mera in te schakelen.
2 Selecteer de stand M.
Zet de functieknop op M.
M
In deze opnamestand analy-
seert de camera automatisch
de compositie en selecteert
een scène die voor de omstan-
digheden en het type onder-
werp het meest geschikt is:
• b (PORTRET): Menselijke por-
tretten.
• c (LANDSCHAP): Kunstmatig of natuurlijk landschap.
• d (NACHT): Onderbelicht landschap.
• e (MACRO): Onderwerp dicht bij de camera.
• f (NACHTPORTRET): Onderbelicht portretonderwerp.
• g (TEGENLICHTPORTRET): Portretonderwerp met tegen-
licht.
a (AUTO) is geselecteerd als geen van bovenstaande mo-
gelijkheden is gedetecteerd.
Geselecteerde scène

18
Foto’s maken in de modus M (Scèneherkenning)
2 Tip: Scherpstelvergrendeling
Gebruik scherpstelvergrendeling (pag. 34) om scherp te
stellen op onderwerpen die zich niet in het scherpstel-
frame bevinden.
Auto terug zoom
In het menu Instellingen (pag. 101) kunt u de instelling
van de schakelaar aan de zijkant instellen. Selecteer
W SCHAKELAAR ZIJKANT en dan AUTO TERUG om
de auto terug zoom in te schakelen. Met auto terug
zoom kan de camera snel in en uitzoomen. Dit maakt
het eenvoudig om het uit het oog verloren onderwerp
terug te vinden tijdens het inzoomen.
De camera vasthouden
Houd de camera goed en met
beide handen vast en laat uw
ellebogen rusten in uw zij. Een
onvaste hand kan bewegings-
onscherpte veroorzaken.
Houd uw vingers en andere
voorwerpen uit de buurt van de
lens en de itser om te voorko-
men dat de foto’s onscherp of te
donker (onderbelicht) worden.
Opname-informatie
Druk op de DISP/BACK-knop om opname-informatie en
rasterlijnen op het LCD-scherm weer te geven.
Indicators worden getoond
Indicators worden verborgen
HD-framing Compositiehulplijn
Om compositiehulplijn te gebruiken, houdt u het on-
derwerp op de plaats waar twee lijnen elkaar kruisen of
houdt u één van de horizontale lijnen op de horizon ge-
richt. Bij gebruik van HD-framing worden hulplijnen met
een beeldverhouding van 16:9 weergegeven om het ka-
dreren van HD-foto's te vergemakkelijken.
Onscherpe foto’s vermijden
Als het onderwerp slecht belicht is, kan onscherpte, ver-
oorzaakt door camerabewegingen, worden verminderd
door middel van de optie L 2X STABILISATIE in het in-
stellingenmenu (pag. 103). In de B-stand kunt u ook on-
scherpte veroorzaakt door beweging van het onderwerp
verminderen (2x stabilisatie).
De gevoeligheid wordt verhoogd wanneer 2x stabilisa-
tie is ingeschakeld. Let wel, bewegingsonscherpte is niet
altijd te voorkomen. Wij raden u aan 2x stabilisatie uit te
schakelen bij het gebruik van een statief.

19
Eenvoudig fotograferen en afspelen
Foto’s maken in de modus M (Scèneherkenning)
Stille stand
Wanneer u niet wilt dat de camera geluiden maakt of
licht geeft, drukt u op de DISP/BACK-knop totdat o op
het LCD-scherm verschijnt (let wel, de stille stand is niet
beschikbaar tijdens het afspelen van een video of voice
memo).
De luidspreker en het AF-hulplicht/de zelfontspan-
nerlamp van de camera worden uitgeschakeld en het
volume (pag. 102) kan niet worden ingesteld (merk op
dat het AF-hulplicht mogelijk nog brandt wanneer C
is geselecteerd in onderwerpstand). Wilt u de camera
weer normaal laten werken, druk dan op de DISP/BACK-
knop totdat het o-pictogram verdwijnt.
5
Stel scherp.
Druk de ontspanknop half in om de
camera scherp te stellen.
1 Opmerking
De lens kan tijdens het scherpstellen geluid maken;
dit is normaal. In de stand M past de camera
de scherpstelling continu aan en wordt voortdu-
rend gezichtsdetectie uitgevoerd. Hierdoor raakt de
batterij sneller uitgeput.
Als de camera in staat is om scherp te stellen, klin-
ken twee pieptonen en licht de indicatorlamp
groen op.
Als de camera niet in staat is om scherp te stellen,
wordt het scherpstelframe rood, verschijnt
s op het LCD-scherm en begint de indica-
torlamp groen te knipperen. Pas de compo-
sitie aan of gebruik scherpstelvergrendeling
(pag. 34).

21
Eenvoudig fotograferen en afspelen
1 Druk op de a-knop.
De foto die het laatst is gemaakt, wordt op het
LCD-scherm afgespeeld.
100-0001
100-0001
100-0001
100-0001
100-0001
2 Meer foto’s bekijken.
Druk op keuzeknop rechts om de
foto’s af te spelen in de volgorde
waarin ze zijn gemaakt, en op keu-
zeknop links om de foto’s af te spelen in omge-
keerde volgorde.
Druk op de ontspanknop om de opnamestand
weer in te schakelen.
Foto’s wissen
Druk op de keuzeknop omhoog (b) om de
foto te wissen die op het LCD-scherm wordt
afgespeeld. Onderstaand dialoogscherm
verschijnt.
•
Selecteer ENKELE FOTO en
druk op MENU/OK.
WISSEN
AFBREKENOK
GEKOZEN VELDEN
ALLE FOTO'S
ENKELE FOTO
• U kunt de foto wissen door op
MENU/OK te drukken.
OK AFBREKEN
WISSEN OK?
U kunt het dialoogvenster verlaten zonder de foto te
wissen door op DISP/BACK te drukken.
2 Tip: Het Afspeelmenu
Met het Afspeelmenu kunt u ook foto’s wissen (pag. 55).
Foto’s bekijken
U kunt de foto’s die u heeft gemaakt op het LCD-scherm bekijken. Het verdient aanbeveling om bij belang-
rijke gebeurtenissen eerst enkele proefopnamen te maken die u op het LCD-scherm controleert.

23
Meer over fotogra e
Opnamestanden
Sc
Sc
Sc
Scène
ène
ène
èneScène Bes
Bes
Bes
Besc
c
c
chr
hr
hr
hrij
ij
ij
ijvi
vi
vi
ving
ng
ng
ngBeschrijving
B
B
B
B
B ZOOM BEL.TRAP
De camera maakt drie opnames: één met de huidige zoomratio (zoomverhouding), een tweede 1,4× ingezoomd
en een derde 2× ingezoomd.
C NATURAL & N
Verkrijg goede resultaten met tegenlichtonderwerpen en ander moeilijk licht. De camera maakt twee opnames:
één zonder itser en één met itser.
D NATURAL LIGHT
Om het aanwezige licht binnenshuis op natuurlijke wijze vast te leggen of te fotograferen op plaatsen waar itsen
niet mogelijk is.
C PORTRET
Selecteer deze opnamestand om portretten met zachte contouren en natuurlijke huidtinten te maken.
D BABY STAND
Kies deze stand voor natuurlijke huidtinten bij het maken van kinderportretten. De itser wordt automatisch uitgeschakeld.
K LACH & KLIK
De sluiter wordt automatisch geopend wanneer Intelligente gezichtsdetectie een lachend gezicht detecteert.
M LANDSCHAP
Selecteer deze opnamestand voor scherpe, heldere daglichtfoto’s van gebouwen en landschappen.
N SPORT
Gebruik deze opnamestand voor het fotograferen van bewegende onderwerpen. Er wordt prioriteit gegeven
aan korte sluitertijden.
O NACHT
Kies deze stand voor onderwerpen in schemerlicht of ’s nachts. De gevoeligheid wordt automatisch verhoogd
om bewegingsonscherpte te voorkomen.
H NACHT (STAT.)
Kies deze stand voor trage sluitertijden tijdens nachtopnames. Gebruik een statief om onscherpte te voorkomen.
P VUURWERK
Om de lichte ecten van vuurwerk goed vast te kunnen leggen worden er lange sluitertijden gebruikt. Druk op
de d-knop om een keuzevenster voor de sluitertijd weer te geven en druk op de keuzeknop omhoog of omlaag
om een sluitertijd te selecteren.
Q ZONSOPKOMST
Selecteer deze opnamestand om de levendige kleuren van zonsondergangen en zonsopkomsten vast te leggen.
R SNEEUW
Selecteer deze opnamestand voor scherpe, heldere foto’s waarin de schittering van sneeuw optimaal tot haar
recht komt.
S STRAND
Selecteer deze opnamestand voor scherpe, heldere foto’s van zonovergoten stranden.
U FEESTEN
Om achtergrondverlichting onder omstandigheden met weinig licht vast te leggen.
V BLOEMEN
Selecteer deze opnamestand om levendige close-ups van bloemen te maken. De camera stelt scherp binnen
het macrobereik.
W DOCUMENTEN
Maak duidelijke foto’s van gedrukte tekst of tekeningen. De camera stelt scherp binnen het macrobereik.

24
Opnamestanden
B
B
B
BB Zoom Bel.T
Zoom Bel.T
Zoom Bel.T
Zoom Bel.Trap
rap
rap
rap Zoom Bel.Trap
Telkens als de sluiterknop wordt ingedrukt, maakt
de camera drie foto’s: een met de huidige zoom-
verhouding met een beeldformaat van O, een
tweede 1,4 × ingezoomd en uitgesneden naar P
en een derde 2 × ingezoomd en uitgesneden naar
Q (foto’s worden alleen gemaakt als er genoeg
geheugen is voor drie foto’s). Er worden twee com-
posities weergegeven om de gebieden te tonen die
de tweede en derde foto omvatten. De buitenste
compositie toont het gebied dat wordt gefotogra-
feerd bij 1,4 × zoom en de binnenste compositie het
gebied dat wordt gefotografeerd bij 2 × zoom. Druk
op de knop c om te kiezen uit brede en hoge uit-
sneden.
Landschap Portret
1 Opmerkingen
• Digitale zoom kan niet worden gebruikt. Als digitale
zoom actief is wanneer stand B is geselecteerd, wordt
zoom op de maximale optische zoompositie ingesteld.
• Serieopnameopties zijn beperkt tot en IOFF.
C
C
C
CC Natura
Natura
Natura
Natural &
l &
l &
l & Natural & N
N
N
NN
Deze stand garandeert goede resultaten met
tegenlichtonderwerpen en in andere situaties met
moeilijke verlichting. Breng voor het fotograferen
de itser omhoog; foto’s kunnen alleen worden ge-
maakt als de itser omhoog is gebracht. Telkens als
de sluiterknop wordt ingedrukt, maakt de camera
twee opnames: een opname zonder itser om
natuurlijk licht te behouden, onmiddellijk gevolgd
door een tweede opname met itser. Houd de
camera stil totdat de opname volledig klaar is.
1 Opmerkingen
•
Niet gebruiken waar fotograferen met itser verboden is.
• Alleen beschikbaar als er genoeg geheugen is voor
twee foto’s.
• De seriestand is niet beschikbaar.
D
D
D
DD Natura
Natura
Natura
Natural Light
l Light
l Light
l Light Natural Light
Om het aanwezige licht binnenshuis op natuurlijke
wijze vast te leggen of te fotograferen op plaatsen
waar itsen niet mogelijk is. De itser wordt uitge-
schakeld en de gevoeligheid wordt verhoogd om
bewegingsonscherpte te reduceren.

26
Opnamestanden
3 Attentie
• Panorama’s worden van meerdere foto’s gemaakt. Soms
is de camera niet in staat de foto’s perfect met elkaar te
verbinden.
• De gewenste resultaten worden mogelijk niet behaald
bij bewegende onderwerpen, onderwerpen vlak bij de
camera, onveranderlijke onderwerpen zoals de lucht of
een grasveld, onderwerpen die constant bewegen zoals
golven en watervallen of onderwerpen die duidelijk ver-
anderingen ondergaan in helderheid. Panorama’s kun-
nen onscherp worden als het onderwerp slecht belicht
wordt.
Voor de beste resultaten
Zorg, voor de beste resultaten, dat de camera niet naar
achteren of naar voren of naar beide zijden kantelt en
probeer de camera niet te verplaatsen terwijl y en +
zijn uitgelijnd om een vaste cirkel te vormen.
Panorama’s printen
Afhankelijk van de paginagrootte en de grootte van het
panorama, worden panorama’s mogelijk met bijgesne-
den randen of met brede marges boven en onder of aan
beide zijden van het panorama geprint.
Handmatig panorama’s kadreren
Volg de onderstaande stappen als het gewenste resul-
taat niet wordt bereikt met C AUTOMATISCH geselec-
teerd voor P :MODUS
1 Selecteer D HANDMATIG bij P MODUS in het
menu Opnamestanden.
2 Selecteer een kader en maak de eerste opname.
3 Druk op MENU/OK om een gids weer te geven die een
rand laat zien van de foto die u zojuist heeft gemaakt.
Maak de volgende opname, kadreer de foto en overlap
hem met de vorige foto.
Gids
Weergave na 1e
opname
Kadreer de volgende
foto
4 Herhaal stap 3 om een derde foto te maken en druk
vervolgens op MENU/OK om het voltooide panorama
weer te geven.
5 Druk op MENU/OK om de foto op te slaan.

29
Meer over fotogra e
Opnamestanden
A
A
A
AA: DIAFRAGMA AE
: DIAFRAGMA AE
: DIAFRAGMA AE
: DIAFRAGMA AE: DIAFRAGMA AE
In deze stand kiest u de sluitertijd en kiest de camera de diafragma-opening om tot de optimale belichting
te komen.
1 Zet de functieknop op A.
2 Druk op de d-knop. De sluitertijd en
de diafragma-opening worden weer-
gegeven.
OK
F
3. 1
A
250
Diafragma
3 Druk op de keuzeknop omhoog of
omlaag om de gewenste diafragma-
opening te selecteren.
4 Druk op de d-knop om de opna-
mestand af te sluiten.
5 Maak de foto’s. Indien het met het gekozen di-
afragma niet mogelijk is om tot een goede be-
lichting te komen, dan wordt de sluitertijd in het
rood weergegeven wanneer de ontspanknop
half ingedrukt wordt. Pas het diafragma aan tot-
dat een goede belichting mogelijk is.
3 Attentie
Als het onderwerp zich buiten het bereik van de
belichtingsmeter van de camera bevindt, wordt de
sluitertijdopening weergegeven als “---”. Druk de
ontspanknop half in om de belichting opnieuw te
meten.

31
Meer over fotogra e
Opnamestanden
C
C
C
CC: AANGE
: AANGE
: AANGE
: AANGEP
P
P
PAST
AST
AST
AST: AANGEPAST
In de opnamestanden P, , S A, en M kan het menu-item K AANGEP. IN-
STELLEN van het menu Opnamestanden (pag. 79) worden gebruikt om de
huidige camera-instellingen op te slaan. Deze instellingen worden weer op-
geroepen wanneer de functieknop op C (aangepast) wordt gezet.
Men
Men
Men
Menu/
u/
u/
u/ins
ins
ins
instel
tel
tel
tellin
lin
lin
ling
g
g
gMenu/instelling Ins
Ins
Ins
Instel
tel
tel
telling
ling
ling
lingen op
en op
en op
en opges
ges
ges
geslag
lag
lag
lagen
en
en
enInstellingen opgeslagen
F
F
F
FF
-st
-st
-st
-stan
an
an
anden
den
den
den-standen N ISO, O BEELDGROOTTE, P FINEPIX KLEUR
Op
Op
Op
Opname
name
name
namest
st
st
stand
and
and
anden
en
en
enOpnamestanden
T BEELDKWALITEIT, C LICHTMEETSYSTEEM, D WITBALANS, F SCHERPSTELLING,
H SCHERPTE, I FLITSLICHT, g EXTERNE FLITSER, J AE BKT EV-STAPPEN, b GEZICHTSDE-
TECTIE, S GEZICHTSHERKENNING
Ins
Ins
Ins
Instel
tel
tel
telling
ling
ling
lingen
en
en
enInstellingen A WEERGAVE, L 2X STABILISATIE, C AF-HULPLICHT, D DIGIT. ZOOM, E EVF/LCD
Ove
Ove
Ove
Overig
rig
rig
rige
e
e
eOverige
Opnamestand (P, , S A of M), opnamestand continu fotograferen, instant zoom, macrostand, belich-
tingscompensatie, itsstand, sluitertijd, diafragma, schermtype (EVF/LCD), indicators/compositiehulp-
lijnen

32
Intelligente gezichtsdetectie
Met Intelligente gezichtsdetectie herkent de camera automatisch de gezichten van mensen die zich in het
beeld bevinden en worden de scherpstelling en de belichting hierop aangepast. Gebruik deze functie voor
groepsportretten (zowel liggend als staand) zodat de camera niet scherpstelt op de achtergrond.
1
Schakel Intelligente gezichtsdetectie in.
Als u intelligente gezichtsdetectie wilt gebrui-
ken, drukt u op MENU/OK om het opnamemenu
weer te geven en stelt u b GEZICHTSDE-
TECTIE in op AAN.
2
Bepaal de compositie.
Als gezichtsdetectie een
gezicht herkent, wordt
het omgeven door
een groene rand. Als er
meerdere gezichten in
beeld zijn, dan selecteert
de camera het gezicht
dat zich het dichtst bij het midden van het
beeld bevindt, de overige gezichten worden
omgeven door witte randen.
3
Stel scherp.
Druk de ontspanknop half in om de
scherpstelling en belichting in te
stellen voor het onderwerp dat met
de groene rand is omgeven.
3 Attentie
Als de camera geen gezichten herkent wanneer de
ontspanknop half ingedrukt wordt (pag. 114), dan
stelt de camera scherp op het onderwerp dat zich in
het midden van het LCD-scherm bevindt en wordt
rode-ogenverwijdering uitgeschakeld.
4
Maak de foto.
Druk de ontspanknop volledig in
om de foto te maken.
3 Attentie
Als het onderwerp beweegt terwijl de ontspanknop
wordt ingedrukt, dan bevindt het gezicht zich wel-
licht niet meer in het met de groene rand omgeven
gedeelte op het moment waarop de foto wordt
gemaakt. Als het aantal gezichten groot is, kan er
mogelijk extra verwerkingstijd nodig zijn.
Groene rand
Produktspezifikationen
Marke: | Fujifilm |
Kategorie: | Digitalkameras |
Modell: | FinePix SL280 |
Brauchst du Hilfe?
Wenn Sie Hilfe mit Fujifilm FinePix SL280 benötigen, stellen Sie unten eine Frage und andere Benutzer werden Ihnen antworten
Bedienungsanleitung Digitalkameras Fujifilm

14 Juli 2024

14 Juli 2024

14 Juli 2024

13 Juli 2024

12 Juli 2024

11 Juli 2024

9 Juli 2024

7 Juli 2024

7 Juli 2024

6 Juli 2024
Bedienungsanleitung Digitalkameras
- Digitalkameras Samsung
- Digitalkameras Sanyo
- Digitalkameras BenQ
- Digitalkameras Lexibook
- Digitalkameras Medion
- Digitalkameras Philips
- Digitalkameras SilverCrest
- Digitalkameras Sony
- Digitalkameras Panasonic
- Digitalkameras Canon
- Digitalkameras Maginon
- Digitalkameras Trevi
- Digitalkameras Grundig
- Digitalkameras GE
- Digitalkameras Ingo
- Digitalkameras Lenco
- Digitalkameras Polaroid
- Digitalkameras Hitachi
- Digitalkameras Olympus
- Digitalkameras Epson
- Digitalkameras MINOX
- Digitalkameras Nikon
- Digitalkameras Ricoh
- Digitalkameras Kodak
- Digitalkameras Agfa
- Digitalkameras Leica
- Digitalkameras Nytech
- Digitalkameras Pentax
- Digitalkameras Rollei
- Digitalkameras SeaLife
- Digitalkameras Traveler
Neueste Bedienungsanleitung für -Kategorien-

11 Oktober 2024

10 Oktober 2024

7 Oktober 2024

14 Juli 2024

13 Juli 2024

13 Juli 2024

13 Juli 2024

12 Juli 2024

12 Juli 2024

12 Juli 2024