Ducati Multistrada 1200 (2012) Bedienungsanleitung

Ducati Motor Multistrada 1200 (2012)

Lesen Sie kostenlos die đź“– deutsche Bedienungsanleitung fĂĽr Ducati Multistrada 1200 (2012) (63 Seiten) in der Kategorie Motor. Dieser Bedienungsanleitung war fĂĽr 10 Personen hilfreich und wurde von 2 Benutzern mit durchschnittlich 4.5 Sternen bewertet

Seite 1/63
2
NL
5
NL
Werking LAP 62
Weergave opgeslagen rondes 64
Functie activering / deactivering DTC (Ducati Traction
Control) 66
Digitale weergave motortoerental 68
De klok instellen 70
Immobilizer systeem 72
Sleutels 72
Batterij van de actieve sleutel vervangen. 74
De sleutels laten bijmaken 77
Procedure deblokkering immobilizer 78
Verlichtingsregeling 84
De Meeteenheden Wijzigen 89
Bedieningsorganen 92
Plaats van de bedieningsorganen op de motorfiets 92
“Hands free”- systeem 93
Linker stuurschakelaar
104
De koppelinghendel 105
De stuurschakelaar rechts 106
Draaiknop gashendel 107
De remhendel van de voorrem 107
Het pedaal voor de achterrem 108
Het versnellingspedaal 108
De stand van het versnellingspedaal en het achterrempedaal
afstellen 109
De belangrijkste elementen en
mechanismen 111
Plaats van deze elementen op de motorfiets 111
Dop op benzinetank 112
Zadelslot 113
Helmkabeltje 116
Zijstandaard 117
Stekkerdoos 118
Voorvork afstellen 119
Achterdemper afstellen 120
Gebruiksvoorschriften 122
Voorzorgsmaatregelen tijdens de inrijperiode van de
motorfiets 122
Controleren voor het starten 124
Motor starten/uitschakelen 125
De motorfiets starten en ermee rijden 127
Afremmen 127
De motorfiets stilzetten 128
Parkeren 128
Tanken 131
Bijgeleverde accessoires 132
Spatbordenset voor 132
Achterspatbordset 134
Belangrijkste gebruiks- en
onderhoudswerkzaamheden 135
Controle en eventueel bijvullen van het koelvloeistofpeil 135
Rem- en koppelingvloeistof 136
De slijtage van de remblokjes controleren 138
De scharnierpunten smeren 139
6
NL
Afstelling van de vrije slag van de gashendel 140
De accu opladen 141
Controle van de spanning van de transmissieketting 142
De drijfketting smeren 143
De bijgesloten kettingspanner gebruiken 144
Vervangen van lampen groot licht en dimlicht 146
Richtingaanwijzers 148
Kentekenplaatverlichting 149
De hoogte van de koplamp afstellen 149
Het afstellen van de achteruitkijkspiegels 151
Tubeless banden 152
Het motoroliepeil controleren 154
De bougies reinigen en vervangen 155
Algemene reiniging 156
Lange tijd buiten gebruik 157
Belangrijke waarschuwingen 157
Geprogrammeerd onderhoudsplan 158
Werkzaamheden die door de dealer dienen te worden
uitgevoerd 158
Werkzaamheden die door de dealer dienen te worden
uitgevoerd 160
Werkzaamheden die de klant dient uit te voeren 161
Technische kenmerken 162
Afmetingen (mm) 162
Gewicht 162
Motor 164
Distributie 164
Prestaties 165
Bougies 165
Voeding 165
Remmen 166
Overbrenging 167
Frame 168
Wielen 168
Banden 168
Ophangingen 168
Uitlaatsysteem 169
Verkrijgbare kleuren 169
Elektrische installatie 169
Geheugensteuntje voor periodiek
onderhoud 175
7
NL
Aanwijzingen van algemene
aard
Garantie
In uw eigen belang en ter behoud van het product, raden wij
u nadrukkelijk aan een Dealer of een Erkende Ducati Garage
te raadplegen voor alle handelingen die bijzondere
technische deskundigheid vereisen.
Ons uiterst gespecialiseerde personeel beschikt over alle
uitrustingen en apparatuur die nodig zijn voor perfect
uitgevoerde reparaties en onderhoudsbeurten, waarbij
uitsluitend gebruik wordt gemaakt van originele Ducati
reserveonderdelen. Deze reserveonderdelen passen altijd en
staan garant voor een perfect rijdende motorfiets die lang
meegaat.
Alle Ducati motorfietsen zijn voorzien van een
Garantieboekje. De garantie zal niet erkend worden voor
voertuigen die gebruikt worden voor wedstrijden of
waarvoor gebrek aan onderhoud wordt vastgesteld. Tijdens
de garantieperiode is het verboden de componenten onklaar
te maken, te wijzigen of te vervangen met niet originele
reserveonderdelen. Overtreding hiervan heeft het
onmiddellijk vervallen van de garantierechten tot gevolg.
Symbolen
Ducati Motor Holding S.p.A. verzoekt u vriendelijk deze
gebruiks- en onderhoudsaanwijzingen aandachtig door te
lezen om vertrouwd te raken met uw motorfiets. Neem in
geval van twijfel contact op met een Dealer of een Erkende
Ducati Garage. U zult de informatie van deze handleiding
goed kunnen gebruiken tijdens uw reizen, waarvan Ducati
Motor Holding S.p.A. hoopt dat ze altijd even probleemloos
en prettig verlopen. Bovendien blijft uw motorfiets door de
toepassing van deze informatie blijvend goede prestaties
leveren.
Deze handleiding bevat informatieve opmerkingen met een
bijzondere betekenis:
Opgelet
Het niet naleven van deze voorschriften kan gevaarlijke
situaties veroorzaken met ernstige verwondingen en zelfs
dodelijke afloop tot gevolg.
Belangrijk
Er bestaat kans op schade aan de motorfiets en/of de
componenten ervan.
Opmerkingen
Meer informatie over de uit te voeren
werkzaamheden.
Alle richtingaanwijzers (LINKS en RECHTS) gaan uit van de
rijrichting van de motorfiets.
9
NL
Rijden met volle bepakking
Dit motorvoertuig is ontworpen voor het veilig afleggen van
lange afstanden met volle bepakking.
Goed verdelen van het gewicht van de lading op het voertuig
is uiterst belangrijk om de veiligheid van de motorfiets te
behouden en niet in moeilijkheden te komen bij plotselinge
stuurbewegingen of op slecht wegdek.
Opgelet
De maximum toegestane snelheid met zijtassen,
topcase en tanktas mag niet hoger zijn dan 180 km/h.
Opgelet
Overschrijd het maximaal toegestane totaalgewicht
van de motorfiets niet en houd rekening met de hierna
gegeven informatie over de te vervoeren lading.
Informatie omtrent de te vervoeren lading
Het totale gewicht van het motorvoertuig tijdens het rijden,
met bestuurder, passagier, bagage en extra accessoires mag
niet meer bedragen dan:
430 kg.
Opgelet
Het maximaal toegestane gewicht van de zijtassen,
topcase en de tanktas mag beslist niet hoger zijn dan 35 kg
als volgt verdeeld:
maximaal 10 kg per zijtas;
maximaal 10 kg in de Top Case;
maximaal 5 kg in de tanktas.
10
Kg
10
Kg
5
Kg
afb. 1
11
NL
Identificatiegegevens van de motorfiets
Elke Ducati-motorfiets heeft twee identificatienummers, Ă©Ă©n
voor het frame (afb. 2) en Ă©Ă©n voor de motor (afb. 3).
Opmerkingen
Deze nummers geven het model van de motorfiets aan
en dienen te worden vermeld bij het bestellen van
reserveonderdelen.
Framenr.
Motornr.
afb. 2
afb. 3
12
NL Instrumentenpaneel
(Dashboard)
Instrumentenpaneel
1) LCD Dot-Matrix, (zie pag.14)
2) TOERENTELLER (min-1).
Geeft het toerental per minuut van de motor aan.
3) WAARSCHUWINGSLAMPJE VRIJLOOP N (GROEN).
Gaat branden als de versnelling in zijn vrij staat.
4) GROOTLICHT CONTROLELAMPJE (BLAUW).
Gaat branden als het grootlicht is ingeschakeld.
5) CONTROLELAMPJE MOTOROLIEDRUK (ROOD).
Gaat branden om u ervoor te waarschuwen dat er
onvoldoende motoroliedruk is. Het lampje moet gaan
branden bij “Key-on”, maar moet enige seconden na het
starten van de motor doven.
Soms kan dit lampje even gaan branden als de motor erg
heet is geworden. Het lampje moet echter uitgaan zodra het
toerental toeneemt.
Belangrijk
Gebruik het voertuig niet als dit waarschuwingslampje
(5) blijft branden, hierdoor kunt u de motor beschadigen.
6) CONTROLELAMPJE BRANDSTOFRESERVE
(AMBERGEEL).
Gaat branden als men de reserve-inhoud aanspreekt; er zit
nog ongeveer 4 liter benzine in de tank.
7) CONTROLELAMPJE RICHTINGAANWIJZERS
(GROEN).
Het lampje van de ingeschakelde richtingaanwijzer gaat
branden en knippert.
8) WAARSCHUWINGSLAMPJE “DIAGNOSE MOTOR/
VOERTUIG - EOBD” (AMBERGEEL).
Gaat branden bij storingen van de motor en/of het voertuig;
in enkele gevallen wordt de werking van de motor
geblokkeerd.
GEAR
DDA
LAP
29
1
4
6
8
53
7
afb. 4
14
NL LCD - Belangrijkste functies
Opgelet
Programmeer de parameters uitsluitend als de
motorfiets stilstaat. Kom absoluut niet aan het
instrumentenpaneel terwijl u rijdt.
1) SNELHEIDSMETER.
Geeft de snelheid aan
2) KILOMETERTELLER.
Duidt het totaal aantal gereden kilometers aan.
3) GEDEELTELIJKE KILOMETERTELLER.
Geeft de afstand aan vanaf de laatste keer op nul zetten
(TRIP 1 en TRIP 2).
4) KLOK.
5) BRANDSTOFPEIL.
6) INDICATOR TOERENTAL MOTOR (RPM).
7) REGISTRATIE RONDETIJD, MAXIMUMSNELHEID EN
MAXIMUM TOERENTAL (LAP).
8) LAMPJE DTC IN-/UITGESCHAKELD.
9) INDICATOR VERSNELLING.
10) INDICATOR WATERTEMPERATUUR.
Geeft de temperatuur weer van de koelvloeistof in de motor.
Belangrijk
Gebruik het voertuig niet als de motor de
maximumtemperatuur heeft bereikt, omdat u de motor
hierdoor kunt beschadigen.
11) LCD Dot-Matrix
GEAR
DDA
LAP
7 6
11
513210
8
4
9
afb. 6
15
NL
LCD - Instelling/weergave parameters
Aan het einde van de controle geeft het instrumentenpaneel
altijd de “belangrijkste” gegevens weer: totaalstand (TOT)
op het hoofddisplay en “rijstijl” op het ronde display.
Opmerkingen
De controle kan worden onderbroken door knop (1,
afb. 8) in te drukken.
Aan het eind van de controle verschijnt op het
instrumentenpaneel altijd de “hoofd”-weergave, waarbij de
volgende informatie wordt weergegeven.
Op het hoofddisplay (A, afb. 7):
- Snelheid van het voertuig;
- Toerental (RPM);
- Versnelling;
- Klokje
- Brandstofpeil
- Temperatuur koelvloeistof motor;
- TOT - Totaalteller
Als nu op knop (1, afb. 8) “▲” wordt gedrukt, kunnen de
volgende functies worden bereikt:
- TRIP1 - Dagteller 1
- TRIP2 - Dagteller 2
GEAR
DDA
LAP
B
A
afb. 7
1 2
afb. 8
16
NL
LCD Dot-Matrix (B, afb. 7):
- WARNING (alleen als ingeschakeld)
- STORING (alleen als ingeschakeld)
- DESMO SERVICE (alleen als ingeschakeld)
- SET UP - Weergave van de ingestelde “rijstijl”
Als nu op knop (2, afb. 8) “▼” wordt gedrukt, kunnen de
volgende functies worden weergegeven:
- RANGE - Resterende autonomie
- CONS I. - Actueel verbruik
- CONS M. - Gemiddeld verbruik
- AVG - Gemiddelde snelheid
- AIR - Luchttemperatuur
- TIME TRIP - Reistijd
Snelheidsmeter
Deze functie geeft de snelheid van het voertuig weer (in km/
h of mph afhankelijk van de gekozen eenheden).
Het instrumentenpaneel ontvangt de informatie van de
werkelijke snelheid (berekend in km/h) en geeft dit gegeven
vermeerderd met 8% weer.
De maximaal weergegeven snelheid is 299 km/h (186 mph).
Boven 299 km/h (186 mph) worden streepjes weergegeven
“- - -” (niet knipperend).
afb. 9
18
NL Ingeschakelde versnelling
Met deze functie wordt de versnelling weergegeven.
Het instrumentenpaneel ontvangt de informatie en geeft de
ingeschakelde versnelling of een “N” (vrij) weer.
Opmerkingen
Bij een “storing” wordt een streepje “-” (niet
knipperend) weergegeven.
GEAR GEAR GEAR GEAR GEAR GEAR GEAR GEAR
afb. 11
26
NL Accuspanning “Laag”
Als deze waarschuwing wordt geactiveerd, geeft dit aan dat
de accuspanning laag is.
De waarschuwing wordt weergegeven vanaf een
accuspanning van ď‚Ł 11.0 Volt.
Opmerkingen
In deze situatie raadt Ducati u aan om de accu zo snel
mogelijk met daarvoor geschikte apparatuur op te laden,
omdat het zeer waarschijnlijk is dat het voertuig niet meer
kan worden gestart.
Traction Control (DTC) uitgeschakeld
Als deze waarschuwing wordt geactiveerd, geeft dit aan dat
de DTC (Ducati Traction Control) is uitgeschakeld.
Opmerkingen
In deze situatie raadt Ducati u aan om voorzichtig te
rijden, omdat de rij-eigenschappen van het voertuig afwijken
van de normale werking met geactiveerde DTC.
afb. 21
afb. 22
27
NL
Handsfree-sleutel (HF) niet herkend
Als deze waarschuwing wordt geactiveerd, geeft dit aan dat
het Handsfree-systeem de actieve sleutel (1, afb. 50) nabij
het voertuig niet heeft herkend.
Opmerkingen
In deze situatie raadt Ducati u aan om te controleren of
werkelijk de actieve sleutel (1, afb. 50) zich nabij het voertuig
bevindt (en of het signaal niet wordt onderdrukt) en of deze
juist werkt.
Batterijspanning van handsfree-sleutel
(HF) “Laag”
Als deze waarschuwing wordt geactiveerd, geeft dit aan dat
het handsfree-systeem signaleert dat de batterij in de actieve
sleutel (1, afb. 50) voor de communicatie en het starten van
het voertuig leeg raakt.
Opmerkingen
In deze situatie raadt Ducati u aan om de batterij zo
snel mogelijk te vervangen, zoals is beschreven in de
paragraaf “Batterij van de actieve sleutel vervangen”
(pag.74).
afb. 23
afb. 24
31
NL
FUEL INJECTION Injectierelais
COIL Bobine
INJECTOR Inspuitventiel
PICK-UP Fasesensor
LAMBDA Lambdasonde
LAMBDA HEATER Lambdaverhitter
FAN RELAY Relais kleppen
HIGH BEAM Grootlichtrelais
LOW BEAM Dimlichtrelais
CAN CAN communicatielijn
BATTERY Accuspanning (HIGH of LOW)
STOP LIGHT Remlicht
CONTROLELAMPJE FOUTMELDINGEN FOUT
32
NL
ECU GENERIC Storing in ECU
KEY ERROR Communicatieprobleem HF
HANDS FREE GENERIC Storing handsfree regeleenheid
CONTROLELAMPJE FOUTMELDINGEN FOUT
35
NL
afb. 27
39
NL
“AVG” - Gemiddelde snelheid
Deze functie geeft de gemiddelde snelheid van het voertuig
weer.
De berekening wordt uitgevoerd met de afgelegde afstand
en de verstreken tijd vanaf de laatste keer dat Trip 1 werd
gereset. Als Trip 1 op nul wordt gezet, wordt de eerste
beschikbare waarde na 10 seconden na het resetten
weergegeven. Tijdens de eerste 10 seconden, als nog geen
waarde beschikbaar is, worden streepjes “- -.-”
weergegeven.
De actieve berekeningsfase vindt plaats als de motor gestart
is. Dit geldt ook als het voertuig stilstaat (de onderbrekingen
van de rit waarbij u de motor uitschakelt, worden niet in
beschouwing genomen).
De berekende waarde wordt verhoogd met 8%, zodat de
gelijk is aan de snelheidsaanduiding van het voertuig.
Indicator luchttemperatuur
Deze functie maakt de weergave van de buitentemperatuur
mogelijk.
Weergavelimieten: -39 °C ÷ +124 °C
Bij een STORING van de sensor (-40°C,+125°C of niet
aangesloten) worden niet knipperende streepjes “- - -”
weergegeven en gaat het lampje “Diagnose motor/voertuig
- EOBD” branden (8, afb. 4 en wordt de storing in het menu
“Errors” weergegeven.
Opmerkingen
Bij een stilstaand voertuig kan de warmte van de motor
de temperatuurweergave beĂŻnvloeden.
afb. 32
vs. EU, CND, FRA, JAP vs. UK, USA
afb. 33
vs. EU, CND, FRA, JAP vs. UK, USA
42
NL “Riding Mode” (wijzigen rijstijl)
Met deze functie kan de rijstijl van het voertuig worden
gewijzigd.
Bij elke rijstijl hoort een bepaalde werking van de
tractieregeling (DTC - Ducati Traction Control) en een
bepaalde verdeling van het vermogen van de motor (Engine).
Druk, voor het wijzigen van de rijstijl Ă©Ă©n keer op de
resetknop (13, afb. 5); op het ronde display (B, afb. 7
verschijnt het “SET UP”-menu.
Als een aantal malen op de resetknop (13, afb. 5) wordt
gedrukt, kan de gewenste rijstijl worden geselecteerd. Houd
de knop 3 seconden ingedrukt, om de gekozen rijstijl te
bevestigen.
Als de gashendel is gesloten (stilstaand voertuig), wordt de
rijstijl onmiddellijk ingesteld. Als de gashendel is geopend
(bewegend voertuig), verschijnt op het display “CLOSE
THROTTLE TO ACTIVATE”; dit geeft aan dat de gashendel
moet worden gesloten; deze mededeling blijft 5 seconden
zichtbaar en als de gashendel wordt gesloten, kan
vervolgens gebruik worden gemaakt van de nieuwe rijstijl.
Als na 5 seconden de gashendel niet gesloten is geweest,
wordt de procedure onderbroken (en vindt geen enkele
wijziging plaats).
Als het “SET UP”-menu geactiveerd is en de resetknop (13,
afb. 5) wordt gedurende 10 seconden niet ingedrukt dan zal
het instrumentenpaneel automatisch deze functie verlaten
en worden geen wijzigingen uitgevoerd.
Opgelet
Ducati raadt aan om de rijstijl bij stilstaand voertuig uit
te voeren. Als de rijstijl wordt gewijzigd bij een rijdende
motor, wees dan zeer voorzichtig (het verdient aanbeveling
om de rijstijl uitsluitend bij een lage snelheid te wijzigen).
44
NL “Setting”-menu
Met dit menu kunnen enkele functies van het voertuig
worden ingesteld/ingeschakeld.
Druk gedurende 2 seconden op de knop (2, afb. 8) “▼” om
het “setting”-menu weer te geven.
Opmerkingen
Als dit menu wordt weergegeven, kan niet meer
worden gescrold in de functies van het hoofddisplay (A, afb.
7).
Belangrijk
Om veiligheidsredenen kan het “setting”-menu alleen
worden bereikt bij een snelheid lager of gelijk aan 20 km/h;
als dit menu wordt weergegeven en de snelheid wordt hoger
dan 20 km/h, wordt het menu gesloten en geeft het
instrumentenpaneel automatisch het “hoofdscherm” weer.
De volgende “onderdelen” zijn in het “setting”-menu
beschikbaar:
- EXIT
- BATTERY
- SETUP
- B.LIGHT
- LAP
- DTC
- RPM
- CLOCK
- PIN CODE
- EXIT
Kies, om het “setting”-menu te verlaten met de knop (1, afb.
8) “▲” of de knop (2, afb. 8) “▼” “EXIT” (aan het begin en
eind van de lijst met menu-onderdelen) en druk op de
resetknop (14, afb. 5).
47
NL
afb. 38
Druk op RESET
Druk op RESET Druk op RESET Druk op RESET
49
NL
afb. 39
Druk op RESET
Druk op “▼”
Druk op “▲”
Druk op RESET
Druk op RESET
Druk op RESET
Druk op RESET
Druk op “▲”
Druk op “▲”
Druk op “▼”
Druk op “▼”
Druk op “▼”
Druk op “▼”
Druk op “▲”
51
NL
afb. 40
Druk op RESET
Druk op “▼”
x 4 sec.
Druk op RESET
Druk op RESET
Druk op “▲”
x 4 sec.
Druk op “▲”
Druk op RESET
Druk op “▼”
Druk op RESET
x 3 sec.


Produktspezifikationen

Marke: Ducati
Kategorie: Motor
Modell: Multistrada 1200 (2012)

Brauchst du Hilfe?

Wenn Sie Hilfe mit Ducati Multistrada 1200 (2012) benötigen, stellen Sie unten eine Frage und andere Benutzer werden Ihnen antworten




Bedienungsanleitung Motor Ducati

Bedienungsanleitung Motor

Neueste Bedienungsanleitung fĂĽr -Kategorien-