HP Pavilion G6-2002sd Bedienungsanleitung

HP Notizbuch Pavilion G6-2002sd

Lesen Sie kostenlos die 📖 deutsche Bedienungsanleitung für HP Pavilion G6-2002sd (110 Seiten) in der Kategorie Notizbuch. Dieser Bedienungsanleitung war für 10 Personen hilfreich und wurde von 2 Benutzern mit durchschnittlich 4.5 Sternen bewertet

Seite 1/110
Gebruikershandleiding
© Copyright 2012 Hewlett-Packard
Development Company, L.P.
Bluetooth is een handelsmerk van de
desbetreffende eigenaar en wordt door
Hewlett-Packard Company onder licentie
gebruikt. Intel is een handelsmerk van Intel
Corporation in de Verenigde Staten en
andere landen. Microsoft en Windows zijn
in de Verenigde Staten gedeponeerde
handelsmerken van Microsoft Corporation.
Het SD-logo is een handelsmerk van de
desbetreffende eigenaar.
De informatie in deze documentatie kan
zonder kennisgeving worden gewijzigd. De
enige garanties voor HP producten en
diensten staan vermeld in de expliciete
garantievoorwaarden bij de betreffende
producten en diensten. Aan de informatie in
deze handleiding kunnen geen aanvullende
rechten worden ontleend. HP aanvaardt
geen aansprakelijkheid voor technische
fouten, drukfouten of weglatingen in deze
publicatie.
Eerste editie, februari 2012
Artikelnummer van document: 677575-331
Kennisgeving over het product
In deze handleiding worden de
voorzieningen beschreven die op de
meeste modellen beschikbaar zijn. Mogelijk
zijn niet alle voorzieningen op uw computer
beschikbaar.
Softwarevoorwaarden
Door het installeren, kopiëren, downloaden
of anderszins gebruiken van een
softwareproduct dat vooraf op deze
computer is geïnstalleerd, bevestigt u dat u
gehouden bent aan de voorwaarden van de
HP EULA (End User License Agreement).
Als u niet akkoord gaat met deze
licentievoorwaarden, is uw enige
rechtsmogelijkheid om het volledige,
ongebruikte product (hardware en software)
binnen 14 dagen te retourneren en te
verzoeken om restitutie van het
aankoopbedrag op grond van het
restitutiebeleid dat op de plaats van
aankoop geldt.
Neem contact op met het lokale
verkooppunt (de verkoper) als u meer
informatie wilt of als u een verzoek om
volledige restitutie van het aankoopbedrag
van de computer wilt indienen.
Kennisgeving aangaande de veiligheid
WAARSCHUWING! U kunt het risico van letsel door verbranding of van oververhitting van de
computer beperken door de computer niet op schoot te nemen en de ventilatieopeningen van de
computer niet te blokkeren. Gebruik de computer alleen op een stevige, vlakke ondergrond. Zorg dat
de luchtcirculatie niet wordt geblokkeerd door een voorwerp van hard materiaal (zoals een optionele
printer naast de computer) of een voorwerp van zacht materiaal (zoals een kussen, een kleed of
kleding). Zorg er ook voor dat de netvoedingsadapter tijdens het gebruik niet in contact kan komen
met de huid of een voorwerp van zacht materiaal. De computer en de netvoedingsadapter voldoen
aan de temperatuurlimieten voor oppervlakken die voor de gebruiker toegankelijk zijn, zoals
gedefinieerd door de International Standard for Safety of Information Technology Equipment (IEC
60950).
iii
iv Kennisgeving aangaande de veiligheid
Inhoudsopgave
1 Direct aan de slag ........................................................................................................................................... 1
Beste praktijken .................................................................................................................................... 1
Leuk om te doen ................................................................................................................................... 2
Meer hulpmiddelen van HP .................................................................................................................. 3
2 Vertrouwd raken met de computer ................................................................................................................ 4
Hardware- en softwaregegevens zoeken ............................................................................................. 4
Rechterkant .......................................................................................................................................... 4
Linkerkant ............................................................................................................................................. 6
Beeldscherm ........................................................................................................................................ 8
Bovenkant ............................................................................................................................................ 9
Touchpad ............................................................................................................................. 9
Lampjes ............................................................................................................................. 10
Knoppen en luidsprekers ................................................................................................... 11
Toetsen .............................................................................................................................. 12
Onderkant ........................................................................................................................................... 13
Labels ........................................... ............................................................ .......................................... 15
3 Verbinding maken met een netwerk ............................................................................................................ 16
Verbinding maken met een draadloos netwerk .................................................................................. 17
Bedieningselementen voor draadloze communicatie gebruiken ....................................... 17
Knop voor draadloze communicatie gebruiken ................................................. 17
HP Connection Manager gebruiken .................................................................. 18
Voorzieningen van het besturingssysteem gebruiken ....................................... 18
WLAN gebruiken ................................................................................................................ 18
Gebruikmaken van een internetprovider ........................................................... 19
Draadloos netwerk installeren ........................................................................... 20
Draadloze router configureren .......................................................................... 20
Draadloos netwerk beveiligen ........................................................................... 20
Verbinding maken met een WLAN .................................................................... 21
Bluetooth-apparaten voor draadloze communicatie gebruiken (alleen bepaalde
modellen) ................................................... .............................................. .......................... 22
v
Verbinding maken met een bekabeld netwerk ................................................................................... 23
Aansluiten op een lokaal netwerk (LAN) ............................................................................ 23
4 Entertainmentvoorzieningen gebruiken ..................................................................................................... 24
Webcam gebruiken ............................................................................................................................ 26
Audio gebruiken ................................................................................................................................. 26
Luidsprekers aansluiten ..................................................................................................... 26
Hoofdtelefoons aansluiten ................................................................................................. 26
Microfoon aansluiten .......................................................................................................... 26
Geluid controleren ............................................................................................................. 27
Video gebruiken ................................................................................................................................. 27
VGA-monitor of projector aansluiten .................................................................................. 27
HDMI-tv of -monitor aansluiten .......................................................................................... 28
Audio-instellingen configureren (met HDMI-tv) ................................................. 29
Intel Wireless Display en Intel Wireless Music gebruiken (alleen bepaalde modellen) ..... 30
Foto-, audio- en videobestanden beheren ......................................................................................... 30
5 Toetsenbord en aanwijsapparaten gebruiken ............................................................................................ 31
Toetsenbord gebruiken ...................................................................................................................... 32
Toetscombinatie alt gr gebruiken ....................................................................................... 32
Actietoetsen gebruiken ...................................................................................................... 32
Hotkeys gebruiken ............................................................................................................. 33
Toetsenblok gebruiken ...................................................................................................... 34
Geïntegreerd numeriek toetsenblok gebruiken ................................................. 34
Touchpad gebruiken ........................................................................................................................... 35
Touchpad uit- of inschakelen ............................................................................................. 35
Navigeren .......................................................................................................................... 36
Selecteren .......................................................................................................................... 36
Touchpadbewegingen gebruiken ....................................................................................... 37
Schuiven ........................................................................................................... 38
Knijpen/zoomen ................................................................................................ 38
Draaien .............................................................................................................. 39
6 Energiebeheer ............................................................................................................................................... 40
Slaapstand of sluimerstand gebruiken ............................................................................................... 41
Slaapstand activeren of beëindigen ............... ........... 41.........................................................
Sluimerstand activeren en beëindigen ............................................................................... 42
Wachtwoordbeveiliging instellen voor beëindigen slaapstand ........................................... 42
Energiemeter gebruiken ..................................................................................................................... 43
Energiebeheerschema selecteren ...................................................................................................... 44
vi
Windows-wachtwoorden instellen ...................................................................................... 71
Setup Utility (BIOS)-wachtwoorden instellen ..................................................................... 72
Internetbeveiligingssoftware gebruiken ............................. ...................................... ........................... 72
Antivirussoftware gebruiken ............................................................................................... 73
Firewallsoftware gebruiken ................................................................................................ 73
Software-updates installeren .............................................................................................................. 73
Windows-beveiligingsupdates installeren .......................................................................... 73
Software-updates van HP en derden installeren ............................................................... 74
Draadloos netwerk beveiligen ............................. ........................................... .................................... 74
Back-up maken van applicaties en gegevens .................................................................................... 74
Optioneel beveiligingskabelslot gebruiken ......................................................................................... 74
10 Setup Utility (BIOS) en Systeemdiagnose gebruiken .............................................................................. 76
Setup Utility (BIOS) starten ................................................................................................................ 76
BIOS-update uitvoeren ....................................................................................................................... 76
BIOS-versie vaststellen ..................................................................................................... 76
BIOS-update downloaden .................................................................................................. 77
Systeemdiagnose gebruiken .............................................................................................................. 78
11 Back-ups maken en herstellen .................................................................................................................. 79
Back-up maken .................................................................................................................................. 79
Herstelmedia maken voor het herstellen van het originele systeem ................................. 79
Wat u nodig heeft .............................................................................................. 79
Herstelmedia maken ......................................................................... 80
Systeemherstelpunten maken ........................................................................................... 80
Wat u nodig heeft .............................................................................................. 80
Systeemherstelpunt maken ............................................................................... 80
Back-ups van systeem en persoonlijke gegevens maken ................................................. 81
Tips voor maken van succesvolle back-up ....................................................... 81
Wat u nodig heeft .............................................................................................. 81
Back-up maken met het hulpprogramma Back-up en terugzetten van
Windows ............................................................................................................ 82
Herstellen ........................................................................................................................................... 83
Eerder systeemherstelpunt herstellen ............................................................................... 83
Specifieke bestanden herstellen ........................................................................................ 83
Specifieke bestanden met het hulpprogramma Back-up en terugzetten van
Windows herstellen ........................................................................................... 83
Originele systeem met HP Recovery Manager herstellen ................................................. 83
Wat u nodig heeft .............................................................................................. 84
Herstellen met behulp van de HP herstelpartitie (alleen bepaalde
modellen) .......................................................................................................... 84
viii
Herstellen met behulp van herstelmedia ........................................................... 85
Opstartvolgorde van de computer wijzigen ...................................... 85
12 Specificaties ................................................................................................................................................ 86
Ingangsvermogen ............................................................................................................................... 86
Omgevingsvereisten ........................................................................................................................... 87
13 Problemen oplossen en ondersteuning ................................................................................................... 88
Problemen oplossen ........................................................................................................................... 89
Problemen met schijfeenheid ............................................................................................ 89
Problemen met draadloze verbinding ................................................................................ 89
Kan geen verbinding maken met WLAN ........................................................... 90
Kan geen verbinding maken met een voorkeursnetwerk .................................. 90
Huidige netwerkbeveiligingscodes niet beschikbaar ......................................... 91
WLAN-verbinding is erg zwak ........................................................................... 91
Kan geen verbinding maken met de draadloze router ...................................... 92
Netwerkstatuspictogram wordt niet weergegeven ............................................ 92
Problemen met audio ......................................................................................................... 92
Problemen met energiebeheer .......................................................................................... 93
Problemen met lage acculading verhelpen ....................................................... 93
Problemen met lage acculading verhelpen wanneer een externe
voedingsbron beschikbaar is ............................................................ 93
Problemen met lage acculading verhelpen wanneer geen
voedingsbron beschikbaar is ............................................................ 93
Problemen met lage acculading verhelpen wanneer de
sluimerstand niet kan worden beëindigd .......................................... 93
Problemen met een netvoedingsadapter oplossen ........................................... 93
Contact opnemen met de klantenondersteuning ................................................................................ 95
14 Elektrostatische ontlading ......................................................................................................................... 96
Index ................................................................................................................................................................... 97
ix
x
1 Direct aan de slag
Deze computer is een krachtig hulpmiddel dat ontworpen is om uw werk en entertainment te
verbeteren. Lees dit hoofdstuk om het beste te halen uit uw computer. Lees over beste praktijken na
de installatie, over leuke dingen die u met uw computer kunt doen, en waar u meer hulpmiddelen van
HP kunt vinden.
Beste praktijken
Om uw slimme investering te beschermen raden wij u na het installeren en registreren van uw
computer aan de volgende stappen uit te voeren:
Als u dat nog niet gedaan heeft, verbind uw computer dan met een bekabeld of draadloos
netwerk. Raadpleeg Verbinding maken met een netwerk op pagina 16 voor meer informatie.
Leer de hardware en software van uw computer kennen. Raadpleeg Vertrouwd raken met de
computer op pagina 4 en Entertainmentvoorzieningen gebruiken op pagina 24 voor meer
informatie.
Update of koop de antivirussoftware. Raadpleeg Antivirussoftware gebruiken op pagina 73
voor meer informatie.
Maak een back-up van uw vaste-schijfeenheid op herstelschijven of een herstel-flashstation.
Raadpleeg Back-ups maken en herstellen op pagina 79.
Beste praktijken 1
Leuk om te doen
U weet dat u op uw computer een YouTube-video kunt bekijken. Maar wist u ook dat u uw
computer op een tv kunt aansluiten en de video op tv kunt bekijken? Raadpleeg HDMI-tv of -
monitor aansluiten op pagina 28 voor meer informatie.
U weet dat u op uw computer naar muziek kunt luisteren. Maar wist u ook dat u live radio naar
uw computer kunt streamen en naar muziek of praatprogramma's van over de hele wereld kunt
luisteren? Raadpleeg Audio gebruiken op pagina 26.
U weet dat u met Microsoft-applicaties een krachtige presentatie kunt maken. Maar wist u ook
dat u uw computer ook op een projector kunt aansluiten om uw ideeën met een groep te delen?
Raadpleeg VGA-monitor of projector aansluiten op pagina 27.
2 Hoofdstuk 1 Direct aan de slag
Meer hulpmiddelen van HP
U heeft Installatie-instructies al gebruikt om uw computer in te schakelen en deze handleiding te
zoeken. Gebruik deze tabel voor productinformatie, instructies en meer.
Bron Inhoud
Installatie-instructies Overzicht van computerinstallatie en -functies.
Help en ondersteuning
Als u Help en ondersteuning wilt openen, selecteert u
Start > Help en ondersteuning. Ga naar
http://www.hp.com/support voor meer informatie.
Een uitgebreide verzameling productinformatie en tips voor
het oplossen van problemen.
Handleiding voor veiligheid en comfort
Om toegang te krijgen tot deze handleiding, selecteert
u Start > Help en ondersteuning >
Gebruikershandleidingen, of gaat u naar
http://www.hp.com/ergo.
Werkstation correct installeren.
Richtlijnen voor een werkhouding en werkgewoontes die het
comfort verbeteren en het risico van letsel beperken.
Informatie over elektrische en mechanische veiligheid.
Wereldwijde ondersteuning
Ga naar http://www.hp.com/support voor
ondersteuning in uw taal.
Online chatten met een technicus van HP.
Een e-mail sturen naar de klantenondersteuning.
Telefoonnummers opzoeken van de klantenondersteuning
(wereldwijd).
Een servicecentrum van HP opzoeken.
Informatie over voorschriften, veiligheid en milieu
Om toegang te krijgen tot deze gids, selecteert u Start
> > Help en ondersteuning
Gebruikershandleidingen.
Belangrijke kennisgevingen waaronder informatie over het
afvoeren van accu's.
Beperkte garantie*
Om toegang te krijgen tot de garantie, selecteert u
Start > Help en ondersteuning >
Gebruikershandleidingen, of gaat u naar
http://www.hp.com/go/orderdocuments.
Specifieke garantie-informatie over deze computer.
*De specifiek toegekende HP beperkte garantie die van toepassing is op uw product, kunt u vinden in de elektronische
handleidingen op de computer en/of op de cd/dvd die is meegeleverd in de doos. In sommige landen of regio's wordt door
HP een gedrukte versie van de HP beperkte garantie meegeleverd in de doos. Voor landen/regio's waar de garantie niet in
drukvorm wordt verstrekt, kunt u een gedrukt exemplaar aanvragen. Ga naar http://www.hp.com/go/orderdocuments of
schrijf naar:
Noord-Amerika: Hewlett-Packard, MS POD, 11311 Chinden Blvd, Boise, ID 83714, VS
Europa, Midden-Oosten, Afrika: Hewlett-Packard, POD, Via G. Di Vittorio, 9, 20063, Cernusco s/Naviglio (MI), Italië
Azië en Stille Oceaan: Hewlett-Packard, POD, P.O. Box 200, Alexandra Post Office, Singapore 911507
Wanneer u een gedrukt exemplaar van de garantie aanvraagt, geef dan het productnummer, de garantieperiode (te vinden
op het label met het serienummer) en uw naam en postadres op.
BELANGRIJK: Stuur uw HP product NIET terug naar een van bovenstaande adressen. Raadpleeg voor
productondersteuning de startpagina van uw product op http://www.hp.com/go/contactHP.
Meer hulpmiddelen van HP 3
2 Vertrouwd raken met de computer
Hardware- en softwaregegevens zoeken
Selecteer Start .> Computer
Er verschijnt een lijst met alle apparaten die op uw computer zijn geïnstalleerd, waaronder de
optische-schijfeenheden, SSD's (Solid-State Drives) of een secundaire vaste schijf.
Als u wilt weten welke software vooraf op uw computer geïnstalleerd is, selecteert u Start > Alle
programma's.
Rechterkant
Onderdeel Beschrijving
(1) Optischeschijfeenheid Hiermee kan een optische schijf worden gelezen en kan
naar een optische schijf worden geschreven.
(2) Lampje van de optischeschijfeenheid Groen of oranje: er wordt geschreven naar of gelezen
van de optischeschijfeenheid.
Uit: de optischeschijfeenheid is inactief.
(3) Ejectknop van de optischeschijfeenheid Schuift de lade open.
4 Hoofdstuk 2 Vertrouwd raken met de computer
Onderdeel Beschrijving
(4) Aan/uit-lampje Wit: de computer is ingeschakeld.
Wit knipperend: de computer staat in de slaapstand,
een energiebesparingsmodus. Het beeldscherm en
andere niet-benodigde onderdelen worden
uitgeschakeld.
Uit: de computer is uitgeschakeld of staat in de
sluimerstand. De sluimerstand is een
energiebesparingsmodus waarin zo min mogelijk
energie wordt verbruikt.
(5) Lampje van de vaste schijf Wit knipperend: er wordt geschreven naar of gelezen
van de vaste schijf.
Oranje: HP 3D DriveGuard heeft tijdelijk de vaste
schijf geparkeerd.
OPMERKING: raadpleeg HP 3D DriveGuard
gebruiken (alleen bepaalde modellen) op pagina 61
voor informatie over HP 3D DriveGuard.
(6) USB 2.0-poort Hierop sluit u een optioneel USB-apparaat aan.
OPMERKING: raadpleeg USB-apparaat gebruiken
op pagina 50 voor informatie over het gebruik van de
verschillende typen USB-poorten.
(7) Lampje van de netvoedingsadapter Wit: de computer is aangesloten en de accu is
opgeladen.
Wit knipperend: de accu is bijna leeg.
Oranje: de computer is aangesloten en de accu wordt
opgeladen.
Uit: de computer schakelt over op accuvoeding.
(8) Netvoedingsconnector Hierop sluit u een netvoedingsadapter aan.
(9) Bevestigingspunt voor een
beveiligingskabel
Hiermee bevestigt u een als optie verkrijgbare
beveiligingskabel aan de computer.
OPMERKING: van de beveiligingskabel moet in de eerste
plaats een ontmoedigingseffect uitgaan. Deze voorziening
kan echter niet voorkomen dat de computer verkeerd wordt
gebruikt of wordt gestolen.
Rechterkant 5
Linkerkant
Onderdeel Beschrijving
(1) Externemonitorpoort Hierop sluit u een optionele VGA-monitor of -projector aan.
(2) Ventilatieopeningen (2) Deze openingen zorgen voor luchtkoeling van de interne
onderdelen.
OPMERKING: de ventilator van de computer start
automatisch om interne onderdelen te koelen en
oververhitting te voorkomen. Het is normaal dat de interne
ventilator automatisch aan- en uitgaat terwijl u met de
computer werkt.
(3) HDMI-poort Hiermee kunt u de computer aansluiten op een optioneel
video- of audioapparaat, zoals een high-definition
televisietoestel en andere compatibele digitale apparatuur
of audioapparatuur.
(4) RJ-45-netwerkconnector Hierop sluit u een netwerkkabel aan.
(5) USB 3.0-poorten (2) Hierop sluit u optionele USB 3.0-apparaten aan. Deze
poorten zorgen voor hogere USB-prestaties.
OPMERKING: raadpleeg USB-apparaat gebruiken
op pagina 50 voor informatie over de verschillende types
USB-poorten.
(6) Audio-ingang (microfoon) Hierop sluit u een optionele headsetmicrofoon,
stereomicrofoonarray of monomicrofoon aan.
6 Hoofdstuk 2 Vertrouwd raken met de computer
Onderdeel Beschrijving
(7) Audio-uitgang (hoofdtelefoon) Hierop kunt u optionele stereoluidsprekers met eigen
voeding, een hoofdtelefoon, een oortelefoon, een headset
of een tv aansluiten.
WAARSCHUWING! zet het geluidsvolume laag voordat u
de hoofdtelefoon, oortelefoon of headset opzet. Zo beperkt
u het risico van gehoorbeschadiging. Raadpleeg Informatie
over voorschriften, veiligheid en milieu voor aanvullende
informatie over veiligheid.
OPMERKING: wanneer u een extern audioapparaat
aansluit op de hoofdtelefoonuitgang, worden de
computerluidsprekers uitgeschakeld.
(8) Digitalemediaslot Ondersteunt de volgende types digitale kaarten:
Secure Digital-geheugenkaart (SD)
Secure Digital Extended Capacity-geheugenkaart
(SDxC)
Secure Digital High Capacity-geheugenkaart (SDHC)
MultiMediaCard (MMC)
Linkerkant 7
Beeldscherm
Onderdeel Beschrijving
(1) WLAN-antennes (2)* Via deze antennes worden draadloze signalen verzonden en
ontvangen om te communiceren met draadloze LAN's (WLAN's,
wireless local-area networks).
(2) Interne microfoon (1) Hiermee kunt u geluid opnemen.
(3) Webcam Met de webcam kunt u video opnemen, foto's maken,
videoconferenties houden en online chatten door video te
streamen.
Als u de webcam wilt gebruiken, selecteert u Start > Alle
programma's > Communicatie en chatten > CyberLink
YouCam.
(4) Webcamlampje Aan: de webcam is in gebruik.
*De antennes zijn niet zichtbaar aan de buitenkant van de computer. Voor een optimale signaaloverdracht houdt u de directe
omgeving van de antennes vrij. Voor informatie over de voorschriften voor draadloze communicatie raadpleegt u het
gedeelte over uw land of regio in Informatie over voorschriften, veiligheid en milieu. Deze informatie vindt u in Help en
ondersteuning.
8 Hoofdstuk 2 Vertrouwd raken met de computer
Bovenkant
Touchpad
Onderdeel Beschrijving
(1) Aan/uit-knop van het touchpad Hiermee schakelt u het touchpad in en uit.
(2) Touchpadlampje Oranje: het touchpad is uitgeschakeld.
Uit: het touchpad is ingeschakeld.
(3) Touchpadzone Hiermee kunt u de aanwijzer op het scherm (ook wel
"cursor" genoemd) verplaatsen en onderdelen op het
scherm selecteren of activeren.
(4) Linkerknop van het touchpad Deze knop heeft dezelfde functie als de linkerknop op een
externe muis.
(5) Rechterknop van het touchpad Deze knop heeft dezelfde functie als de rechterknop op een
externe muis.
Bovenkant 9
Lampjes
Onderdeel Beschrijving
(1) Aan/uit-lampje Wit: de computer is ingeschakeld.
Wit knipperend: de computer staat in de slaapstand,
een energiebesparingsmodus. Het beeldscherm en
andere niet-benodigde onderdelen worden
uitgeschakeld.
Uit: de computer is uitgeschakeld of staat in de
sluimerstand. De sluimerstand is een
energiebesparingsmodus waarin zo min mogelijk
energie wordt verbruikt.
(2) Caps Lock-lampje Wit: Caps Lock is ingeschakeld. Met het toetsenbord kunt u
nu alleen hoofdletters typen.
(3) Lampje Geluid uit Oranje: het geluid van de computer is uitgeschakeld.
Uit: het geluid van de computer is ingeschakeld.
(4) Lampje voor draadloze communicatie Wit: een geïntegreerd apparaat voor draadloze
communicatie, zoals een draadloosnetwerkmodule en/
of een Bluetooth®-apparaat, is ingeschakeld.
Oranje: alle apparatuur voor draadloze communicatie
is uitgeschakeld.
(5) Touchpadlampje Oranje: het touchpad is uitgeschakeld.
Uit: het touchpad is ingeschakeld.
10 Hoofdstuk 2 Vertrouwd raken met de computer
Knoppen en luidsprekers
Onderdeel Beschrijving
(1) Aan/uit-knop Als de computer is uitgeschakeld, drukt u op de aan/
uit-knop om de computer in te schakelen.
Als de computer is ingeschakeld, drukt u kort op de
aan/uit-knop om de slaapstand te activeren.
Als de computer in de slaapstand staat, drukt u kort op
de aan/uit-knop om de slaapstand te beëindigen.
Als de computer in de sluimerstand staat, drukt u kort
op de aan/uit-knop om de sluimerstand te beëindigen.
VOORZICHTIG: als u op de aan/uit-knop drukt en deze
ingedrukt houdt, gaan niet-opgeslagen gegevens verloren.
Als de computer niet meer reageert en de afsluitprocedures
van Microsoft® Windows® geen effect hebben, houdt u de
aan/uit-knop minstens vijf seconden ingedrukt om de
computer uit te schakelen.
Selecteer Start > Configuratiescherm > Systeem en
beveiliging > Energiebeheer of raadpleeg Energiebeheer
op pagina 40 als u meer wilt weten over de instellingen
voor energiebeheer.
(2) Luidsprekers (2) Hiermee wordt het computergeluid weergegeven.
Bovenkant 11
Toetsen
Onderdeel Beschrijving
(1) esc-toets Druk op deze toets in combinatie met de fn-toets om
systeeminformatie weer te geven.
(2) fn-toets Druk op deze toets in combinatie met de esc-toets om
systeeminformatie weer te geven
(3) Windows-logotoets Hiermee geeft u het menu Start van Windows weer.
(4) Actietoetsen Hiermee voert u veelgebruikte systeemfuncties uit.
(5) Windows-applicatietoets Hiermee opent u een snelmenu voor items waarbij de
aanwijzer staat.
(6) Num Lock-toets Hiermee regelt u de werking van het geïntegreerde
numerieke toetsenblok. Druk op de toets om te schakelen
tussen de standaard numerieke functie van een externe
toetsenblok (in de fabriek ingeschakeld) en de
navigatiefunctie (aangeduid met pijlen op de toetsen).
OPMERKING: de toetsenblokfunctie die actief is op het
moment dat de computer wordt uitgeschakeld, wordt
opnieuw actief wanneer de computer weer wordt
ingeschakeld.
(7) Geïntegreerd numeriek toetsenblok In de fabriek ingesteld om te werken als een extern
numeriek toetsenblok. Druk op de num lock-toets om te
schakelen tussen deze numerieke functie en de
navigatiefunctie (aangeduid met de pijlen op de toetsen).
12 Hoofdstuk 2 Vertrouwd raken met de computer
Onderkant
Onderdeel Beschrijving
(1) Accuruimte Hierin bevindt zich de accu.
(2) Accuontgrendeling Hiermee ontgrendelt u de accu uit de accuruimte.
Onderkant 13
Onderdeel Beschrijving
(3) Ventilatieopeningen (5) Deze openingen zorgen voor luchtkoeling van de interne
onderdelen.
OPMERKING: de ventilator van de computer start
automatisch om interne onderdelen te koelen en
oververhitting te voorkomen. Het is normaal dat de interne
ventilator automatisch aan- en uitgaat terwijl u met de
computer werkt.
(4) Toegang tot toetsenbord,
optischeschijfeenheid, ruimte voor SSD
(solid-state drive)/vaste schijf,
compartiment voor module voor draadloze
communicatie en
geheugenmodulecompartiment
Het onderpaneel bied toegang tot het toetsenbord, de
optischeschijfeenheid, de ruimte voor de SSD/vaste schijf,
het compartiment voor de module voor draadloze
communicatie en het geheugenmodulecompartiment.
VOORZICHTIG: vervang de module voor draadloze
communicatie alleen door een module die is goedgekeurd
voor gebruik in de computer door de overheidsinstantie die
verantwoordelijk is voor de regelgeving met betrekking tot
apparatuur voor draadloze communicatie in uw land. Zo
voorkomt u dat het systeem niet meer reageert en er een
waarschuwing verschijnt. Als er na het vervangen van de
module een waarschuwing verschijnt, verwijdert u de
module om de functionaliteit van de computer te herstellen.
Neem vervolgens via Help en ondersteuning contact op
met de klantenondersteuning.
14 Hoofdstuk 2 Vertrouwd raken met de computer
Labels
De labels die zijn aangebracht op de computer, bieden informatie die u nodig kunt hebben wanneer u
problemen met het systeem probeert op te lossen of wanneer u de computer in het buitenland
gebruikt. De labels bevinden zich op eenvoudig toegankelijke locaties.
Label met serienummer: biedt belangrijke informatie, waaronder:
Onderdeel
(1) Productnaam
(2) Serienummer
(3) Productnummer
(4) Garantieperiode
(5) Modelbeschrijving
Houd deze gegevens bij de hand wanneer u contact opneemt met de technische ondersteuning.
Het serienummer is gedrukt op een label in de accuruimte van de computer.
Certificaat van Echtheid van Microsoft®: bevat de Windows-productcode. U kunt de productcode
nodig hebben wanneer u een update van het besturingssysteem wilt uitvoeren of problemen met
het systeem wilt oplossen. Het Microsoft bevindt zich aan deCertificaat van Echtheid van
onderkant van de computer.
Label met kennisgevingen: bevat kennisgevingen betreffende het gebruik van de computer. Het
label met kennisgevingen bevindt zich in de accuruimte.
Label(s) met keurmerk voor apparatuur voor draadloze communicatie: deze labels bevatten
informatie over apparaten voor draadloze communicatie, en de keurmerken van een aantal
landen of regio's waarin deze apparaten zijn goedgekeurd voor gebruik. De computer is voorzien
van een of meer labels met keurmerken. U kunt deze informatie nodig hebben wanneer u de
computer in het buitenland gebruikt. Labels met keurmerken voor apparatuur voor draadloze
communicatie bevinden zich in de accuruimte.
Labels 15
3 Verbinding maken met een netwerk
U kunt uw computer meenemen waar u ook naar toe gaat. Maar zelfs thuis kunt u de wereld
verkennen en de informatie van miljoenen websites ontsluiten met uw computer en een bekabelde of
draadloze netwerkverbinding. In dit hoofdstuk vindt u informatie over hoe u met die wereld in contact
komt.
16 Hoofdstuk 3 Verbinding maken met een netwerk
Verbinding maken met een draadloos netwerk
Met technologie voor draadloze communicatie worden gegevens niet via kabels maar via radiogolven
doorgegeven. De computer kan zijn voorzien van een of meer van de volgende apparaten voor
draadloze communicatie:
WLAN-apparaat (wireless local area network): hiermee kunt u verbinding maken met draadloze
lokale netwerken (ook wel Wi-Fi netwerk, draadloos LAN of WLAN genoemd) in bedrijfsruimtes,
bij u thuis en in openbare ruimtes, zoals vliegvelden, restaurants, café's, hotels en universiteiten.
In een WLAN communiceert het mobiele apparaat voor draadloze communicatie in uw computer
met een draadloze router of een draadloos toegangspunt.
Bluetooth-apparaat: een apparaat waarmee u een PAN (Personal Area Network) tot stand kunt
brengen, zodat u verbinding kunt maken met andere apparaten die draadloze communicatie via
Bluetooth ondersteunen, zoals computers en telefoons. In een PAN communiceert de computer
rechtstreeks met andere apparaten. Een apparaat moet zich relatief dicht bij de computer
bevinden, normaal gesproken binnen een straal van 10 meter van de computer.
Raadpleeg de informatie en koppelingen naar websites in Help en Ondersteuning voor meer
informatie over de technologie voor draadloze communicatie.
Bedieningselementen voor draadloze communicatie gebruiken
U kunt de apparaten voor draadloze communicatie in de computer op een van de volgende manieren
in- of uitschakelen:
Knop voor draadloze communicatie of schakelaar voor draadloze communicatie (in deze
handleiding knop voor draadloze communicatie genoemd)
HP Connection Manager (Verbindingsbeheer), software
Voorzieningen van het besturingssysteem
Knop voor draadloze communicatie gebruiken
De computer heeft een knop voor draadloze communicatie, een of meer apparaten voor draadloze
communicatie en een lampje voor draadloze communicatie. Standaard zijn alle apparaten voor
draadloze communicatie geactiveerd en brandt het lampje voor draadloze communicatie (Wit)
wanneer u de computer aanzet.
Het lampje voor draadloze communicatie geeft niet de status van afzonderlijke apparaten voor
draadloze communicatie aan, maar de status van deze apparaten als groep. Als het lampje voor
draadloze communicatie Wit brandt, is ten minste een draadloos apparaat ingeschakeld. Als het
lampje voor draadloze communicatie oranje is, zijn alle apparaten voor draadloze communicatie
uitgeschakeld.
Omdat alle apparaten voor draadloze communicatie standaard zijn ingeschakeld, kunt u de knop voor
draadloze communicatie gebruiken om alle apparatuur voor draadloze communicatie tegelijk in of uit
te schakelen. De afzonderlijke apparaten voor draadloze communicatie kunnen worden in- en
uitgeschakeld via HP Connection Manager.
Verbinding maken met een draadloos netwerk 17
HP Connection Manager gebruiken
HP Connection Manager is een centrale locatie voor het beheer van de volgende apparaten voor
draadloze communicatie.
WLAN-apparaat (wireless local-area network)/Wi-Fi
Bluetooth
HP Connection Manager geeft informatie en meldingen over de status van de verbinding en de aan/
uit-status. Statusinformatie en meldingen worden weergegeven in het systeemvak aan de rechterkant
van de taakbalk.
Om HP Connection Manager te openen, selecteert u Start > Alle programma's > HP Help en
ondersteuning > HP Connection Manager.
Raadpleeg de helpfunctie van de HP Connection Manager software voor meer informatie over het
gebruik van HP Connection Manager.
Voorzieningen van het besturingssysteem gebruiken
Met het Netwerkcentrum kunt u een verbinding of netwerk tot stand brengen, verbinding maken met
een netwerk, draadloze netwerken beheren, en netwerkproblemen diagnosticeren en verhelpen.
Om de voorzieningen van het besturingssysteem te gebruiken, selecteert u Start >
Configuratiescherm > Network en internet > Netwerkcentrum.
Selecteer Start > Help en ondersteuning voor meer informatie.
WLAN gebruiken
Met een WLAN-apparaat kunt u toegang krijgen tot een draadloos netwerk (WLAN), dat bestaat uit
andere computers en accessoires die met elkaar zijn verbonden door een draadloze router of een
draadloos toegangspunt.
OPMERKING: de begrippen draadloze router en draadloos toegangspunt worden vaak door elkaar
gebruikt.
Grote draadloze netwerken, zoals draadloze bedrijfsnetwerken en openbare draadloze
netwerken, werken meestal met draadloze toegangspunten, die een groot aantal computers en
accessoires ondersteunen en kritieke netwerkfuncties kunnen afschermen.
Een draadloos thuisnetwerk of een klein draadloos kantoornetwerk werkt meestal met een
draadloze router, die ervoor zorgt dat meerdere draadloze en bekabelde computers een
internetverbinding, een printer en bestanden kunnen delen zonder dat daar extra hardware of
software aan te pas komt.
als u het WLAN-apparaat in de computer wilt gebruiken, moet u verbinding maken met een WLAN-
infrastructuur (aangeboden door een aanbieder van netwerkdiensten of een openbaar netwerk of
bedrijfsnetwerk).
18 Hoofdstuk 3 Verbinding maken met een netwerk
Gebruikmaken van een internetprovider
Als u thuis een verbinding met internet wilt maken, is een account bij een internetprovider (ISP)
vereist. Neem contact op met een lokale internetprovider voor het aanschaffen van een
internetservice en een modem. De internetprovider helpt u bij het instellen van het modem, het
installeren van een netwerkkabel waarmee u de computer met voorzieningen voor draadloze
communicatie aansluit op het modem, en het testen van de internetservice.
OPMERKING: van uw internetprovider ontvangt u een gebruikersnaam en wachtwoord voor
toegang tot internet. Noteer deze gegevens en bewaar ze op een veilige plek.
Verbinding maken met een draadloos netwerk 19


Produktspezifikationen

Marke: HP
Kategorie: Notizbuch
Modell: Pavilion G6-2002sd

Brauchst du Hilfe?

Wenn Sie Hilfe mit HP Pavilion G6-2002sd benötigen, stellen Sie unten eine Frage und andere Benutzer werden Ihnen antworten




Bedienungsanleitung Notizbuch HP

Bedienungsanleitung Notizbuch

Neueste Bedienungsanleitung für -Kategorien-